Bach, C.P.E.: Sinfonia’s in G Wq. 173, H. 648, G Wq. 180. H. 655; Magnificat Wq. 215, H. 772. Venceslava Hruba-Freiberger (s), Barbara Bornemann (a), Peter Schreier (t) en Olaf Bär met het Omroepkoor Berlijn en het Carl Philipp Emanuel Bach kamerorkest o.l.v. Hartmut Haenchen. Sony 0110011, Brilliant Classics 94776 (63’42”). 1988
Pas in 2014 toen zijn driehonderdste verjaardag werd gevierd raakte Carl Philipp Emanuel Bach wat meer onder de aandacht. Maar ook jaren daarvoor ontstonden mooie cd’s met zijn werken, zoals deze met drie van zijn heel originele werken.
De beide Sinfonia’s zijn uit verschillende fasen van zijn carrière en het is vooral de tweede in G uit zijn Hamburgse tijd die indruk maakt met zijn plotselinge modulaties en verrassende registerwisselingen en die inspirerend was voor Haydn en Mozart. De korte finales brengen wat rust na de voorafgaande beide delen.
Het is zelfs staande te houden dat zijn Magnificat nog substantiëler is dan dat van zijn vader en daarvoor ook prachtige, ontroerende muziek bevat. In deze uitvoering zijn het vooral Peter Schreier en Olaf Bär die dat solistisch onderstrepen.
Het orkest speelt energiek en begeleidt en speelt met nonchalant gemak erg mooi ‘historisch goed geïnformeerd’ en welluidend met wat ruwe kantjes op moderne instrumenten.