CD Recensies

BULL: WERKEN VOOR TOETSINSTRUMENT

Bull: Preludes in a, C, G; Walsingham K. 85; Christe redemptor omnium K. 33; My jewel nr. 1 K. 141; Lord Lumley’s Pavane en gaillarde K. 129; In nomine; St. Thomas wake; My grief K. 139; The duke of Brunswick’s alman K. 93; Fantasia’s in d en On a theme of Sweelinck K. 4; Chromatic (Queen Elisabeth’s) pavan and galliard; Fantasy in octavi toni K. 2; My self K. 138; The duchesse of Brunswick’s toye K. 97; God save the king K. 32; Koraalbewerking ‘Een kindeken is ons geboren’ K. 53/5; In nomine. Siegbert Rampe (org, kl, virginaal). MDG MDG 341-1285-2 (81’10”). 2004

In het Elisabethaanse Renaissance Engeland was componist John Bull (ca. 1562 - 1628) zoiets als Prokofiev veel later in Frankrijk. De schoonheid van zijn werken ligt besloten in humor, sarcasme en hardheid. Dat veroorzaakte dat hij zijn vaderland wegens oveerspel moest verlaten, maar in tegenstelling tot Prokofiev keerde hij daar nooit naar terug en bleef in Vlaanderen wonen. Toch schreef hij het ‘God save the queen’.

Zijn muziek is bijzonder; deze verbaast en verrast, was vaak satirisch.

Om Bull recht te doen speelt Siegbert Rampe beurtelings op een Andreas Ruckers klavecimbel uit 1637, een Artus Gheerdinck virginaal uit 1605, een Jörg Gobeli clavichord uit 2000 naar een Zuid-Duits instrument uit 1670,  het orgel van de St. Stephanskerk in Tagermünde en dat in de St. Andreaskerk in Soest-Ostönnen. In nomine tweemaal klinkt tweemaal, de ene keer op klavecimbel, de andere maal op orgel. Vooral beide clavichords klinken nogal verschillend.

Het fascinerende van Rampe’s recital is behalve dat hij steeds met passie speelt, de muziek levendig van karakter voorziet en dat hij verschillende in de tijd van Bull perfect passende instrumenten bespeelt. Alles heel onderhoudend, vooral door de getoonde bravoure.