CD Recensies

BEETHOVEN: TRIPELCONCERT; SEPTET, VAN BAERLE

Beethoven: Tripelconcert in C op. 20; Septet in Es op. 20 (bew. Schmidt). Van Baerle trio met het Residentie orkest o.l.v. Jan Willem de Vriend. Challenge CC 72801 (71’30”). 2020

In het verrassende afsluitende deel 5 van de Beethovens werken voor pianotrio gaat het Van Baerle trio van Hannes Minnaar (p), Maria Milstein (v) en Gideon den Herder (vc) verder dan de meeste andere ensembles die zich aan deze materie hebben gewijd en die in het beste geval de zeven Pianotrio’s, het Pianotrio in Es WoO. 38, het Allegretto in Bes WoO. 39, het Allegretto in Es Hess 48, de Variaties in Es op een oorspronkelijk thema in Es op. 44, de Variaties over Ich bin der Schneider Kakadu op. 121a door ook de trioversie van Symfonie nr. 2 op te nemen en nu met het Tripelconcert en een bewerking van het Septet te komen. Aardige muziek die het ook in deze herleide vorm goed blijkt te doen.

Dat Septet uit 1799 voor klarinet, hoorn, fagot, viool, altviool, cello en contrabas had een ongebruikelijke, in de uitvoeringspraktijk niet zo gemakkelijk in te vullen bezetting. Zijn violistische dokter Johann Adam Schmidt herleidde het werk voor hem tot de gebruikelijk en handzamer proporties van een Pianotrio in Es op. 38a. Vooral het Adagio cantabile en het laatste deel, Andante con moto alla marcia, klinken meesterlijk.

Dat in dit geval het ‘concertino’ in het Tripelconcert wordt gevormd door een hecht pianotrio, dat bovendien een rijke Beethovenervaring heeft. Voor de Vriend betekent dit de laatste opname van zijn in Enschede begonnen Beethovenconcertreeks. Ook nu overtuigt het vooral fijnzinnige resultaat.