Beethoven: Symfonie nr. 9 in d op. 125 (bew. Liszt) S. 657. Cédric Pescia en Philippe Cassard. La dolce volta LDV 82 (67’49”). 2020
In 1990 baarde pianist Cyprien Katsaris opzien met zijn vertolking van de negen symfonieën van Beethoven (Teldec 9031-71619-2) in de bewerking van Liszt. Het met taakverdeling over twee piano’s verdeelde werk verscheen voor het eerst in 2008 in een opname van Leon McCawley en Ashley Wass (Naxos 8.570466) en nu is er een tweede versie.
Het werk werd in 1853 voor het eerst uitgevoerd en Clara Schumann en Johannes Brahms behoorden tot degenen die het uitvoeren op Clara’s tweeëntwintigste verjaardag in 1855.
Ook wanneer de taak wordt verdeeld blijft het een tour de force, maar de textuur, de kleuren de dynamiek zijn wel mooi verwerkt. Dat blijkt vooral in de finale met een duidelijk hoorbaar verschil tussen het aandeel van solisten en koor aan de ene kant en het orkest aan de andere.
De beide pianisten kiezen een vlot tempo voor het eerste deel en onderstrepen de harmonische contrasten en de contrapuntische bijzonderheden door verandering aan te brengen in kleur en accenten en mooi te nuanceren dan het in tempowijzigingen te zoeken. In het Scherzo spelen ze alle herhalingen, in het Adagio is ruimte voor veel expressie en de Finale wordt met staal in de vingers gespeeld. Het resultaat is best indrukwekkend.