Bach, C.P.E.: Sinfonia’s voor strijkorkest, ‘Hamburgse symfonieën’ nr. 1 in G Wq. 82.1, H. 657, 2 in Bes Wq. 182/2, H. 658, 3 in C Wq. 182/3, H. 659, 4 in A Wq. 182/4, H. 660, 5 in b Wq. 182/5, H. 661 en 6 in E Wq. 182/6, H. 662 en in e Wq. 177, H. 652. Gli Incogniti o.l.v. Amandine Beyer. Harmonia Mundi HMM 90.5321 (71’11”). 2019
Carl Philip Emanuel Bach (1714 - 1788) was de tweede overlevende zoon van Bach en net als zijn oudere broer, Wilhelm Friedeman, was hij in een artistiek buitenbeentje dat zich sterk richtte op de vernieuwingen die un zijn tijd plaatsvonden. Eind jaren 1760 en in de jaren 1770 kwam in Duitsland het concept ‘Sturm un Drang’ tot bloei, gekoppeld aan de ‘Empfindsamkeit’. De muziek kreeg een grotere expressie, meer gevoel maar ook meer gevoeligheid en extremer contrasten, wat later in de romantiek zou uitmonden.
Dat blijkt mooi uit de Hamburgse Symfonieën die deze Bach in alle vrijheid in 1773 in Hamburg schreef. Ze stonden en staan in hoog aanzien, geen worden dus dat er al diverse opnamen van bestaan. Dat begon in 1988 met
Camerata Bern o.l.v. Thomas Füri (Denon CO 73326), ging verder met The English Concert o.l.v. Trevor Pinnock (Archiv 477.5000) in 1979, het C.P.E. Bach kamerorkest o.l.v. Hartmut Hänchen (Capriccio 10106) in 1985, het Freiburgs Barokorkest o.l.v. Thomas Hengelbrock (RCA RD 77187) en het Orchestra of Enlightenment o.l.v. Gustav Leonhardt (Virgin 72435) in 1990, de Capella Istropolitana o.l.v. Christian Benda (Naxos 8.553285) uit 1996 en Solamente Naturali o.l.v. Didier Talpain (Brilliant Classics 94042) uit 2007.
Wat deze werken nodig hebben, is een dirigent die niet bevreesd is om toe te geven aan passies van diverse aard en die zichzelf eens lekker laat meevoeren. Zo iemand is de Zwitserse Amandine Beyer en met Gli Incogniti zorgt ze voor een van de fijnste opnamen van deze muziek. Het resultaat is meeslepend. Deze uitgave kreeg terecht de titel ‘Beyond the limits’ mee.