Beethoven: Symfonie nr. 7 in A op. 92, MusicAeterna o.l.v. Teodor Currentzis. Sony 19439.74377-2 (40’01”). 2020
Van de Grieks/Russische dirigent Teodor Currentzis verwacht je altijd iets bijzonders, maar na zijn opname van de Symfonie nr. 5 (Sony 19075.88497-2) uit 2018 is ook nr. 7 vrij ‘onradicaal’. Wat wel heel bewonderenswaardig is, zijn de mooie details die het geografisch meest geïsoleerde orkest ter wereld uit Perm, meer dan twaalfhonderd km ten westen van Novosibirsk in het diepste Siberië aan het licht brengt.
De tempi zijn niet veel anders dan gemiddeld, wat betekent dat Currentzis in veertig minuten klaar is. Van de meeste andere dirigenten was alleen Carlos Kleiber was wel wat sneller (38’27”). Het hele werk heeft een geruststellend onstuimig karakter en wat het meeste opvalt zijn de enorme dynamische contrasten en de felle sforzandi. Na de inzet van het eerste deel is de eerste minuut van het allegretto vrijwel onhoorbaar, tenzij men de volumeknop wat verderop snel weer moet worden teruggenomen.
Wat me verder opviel is de klank van de pauken, die herinneren meer aan een tom-tom dan aan een stel pauken. In het scherzo klinken de noten heel kortaangebonden en de finale is wat minder opwindend dan verwacht als felle uitsmijter. Maar in zijn visie op de ‘apotheose van de dans’ zijn de dansers zowel elegant als energiek.
Al met al een mooie Beethoven, maar niet een waardoor men bijzonder wordt gegrepen of opgewonden van raakt. Een groot bezwaar is de korte speelduur van deze opname. Die was bij Kleiber, die voor mij dé zevende realiseerde, weliswaar nog wat korter, maar daar gebeurde muzikaal zoveel meer. Het werd bijna balletmuziek.