Benoliel: Aedifico. Invoking sonic stone op. 12; Nonet Boanerges op. 11; Strijkkwartet op. 9; The black tower variaties op. 2. Virpi Raisinen (ms), Steven van Gils (t) met het Ensemble Insomnio o.l.v. Ulrich Pohl. Donemus ENC 027 (2 cd’s, 1u, 54’ 10’). 2020
De in 1943 in Detroit uit ouders van verschillende herkomst geboren Bernard Jack Benoliel (1943-2017) was primair musicoloog, maar hij componeerde ook. In Engeland kreeg hij veel waardering voor zijn werk als administrateur van de Vaughan Williams trust die financiële mogelijkheden bood aan jonge componisten. Daarnaast had hij grote belangstelling voor filosofie en de filosofen Schopenhauer, Nietzsche en Thoreau en voor dichters als Emily Dickinson en Walt Whitman.
Als componist was hij aan de conservatie kant. Dat Donemus aandacht aan hem besteed, komt omdat de componist zijn laatste periode in Amsterdam woonde en daar ook overleed in 2017.
In totaal componeerde hij vijftien werken die volledig onbekend waren gebleven wanneer niet het Utrechtse Ensemble Insomnio enige daarvan had uitgevoerd en opgenomen. Die werken vallen vooral ook op door hun avontuurlijke en ongebruikelijke instrumentatie. Aan Benoliels grote vakmanschap hoeft geen twijfel te bestaan en avontuurlijk was hij ook.
Invoking sonic stone op. 12 is het omvangrijkste werk uit 2003 voor de ongewone combinatie van kerkorgel elektronisch versterkte piano en dito altviool, 2 hoorns en tien slagwerkinstrumenten met als uitgangspunt de negende eeuwse hymne Veni Creator Spiritus. Daarop volgen de Black Tower variaties, eveneens voor mezzosopraan en ditmaal fluit, althobo, basklarinet, fagot, hoorn, 2 trompetten, trombone, viool, altviool, cello en contrabas uit 1968, die in 1999 nog eens werden herzien.
Dat Benoliel op Boanerges als Hebreeuwse ‘zonen van tumult’ kwam voor zijn Nonet op. 11 uit 1996 is misschien niet zo verwonderlijk. Met elektrische gitaar, piano, 2 hoorns, 2 trompetten, trombone, bastrombone en contrabastrombone kun je heel wat kabaal ontketenen. Het Strijkkwartet op. 9 uit de periode 1969 tot 1992 is het enige werk in een gebruikelijke bezetting. Soms bleef hij zoals in dit geval lang aan zijn composities knutselen. Of de componist heeft beseft dat als gevolg van die soms extreme bezettingen uitvoeringen van zijn werken weinig kans maken? Gedreven als hij was waarschijnlijk niet. Daarmee lijkt de componist voor de verbreiding van zijn oeuvre te zijn aangewezen op internet en de cd.
Donemus schijnt meer opnamen van deze componist - inderdaad een uitgesproken cd toondichter’ te hebben voorbereid. Deze eersteling draagt de titel Aedifo (ik bouw). Alle waardering voor de prestaties van mezzo Virpi Raisinen en de instrumentalisten van Ulrich Pohl. Yvonne Petitpierre schreef de nuttige toelichting en ook de gezongen teksten van Osip Mandelstam en William Keats zijn afgedrukt.