Bach, J.S.: Partita’s nr. 1-6 BWV. 825/850. Mahan Esfahani. Hyperion CDA 68311/2 (2 cd’s, 1u., 48’43”). 2020
De zes Partita’s voor klavecimbel behoorden tot Bachs eerste gepubliceerde werken en kregen daarom het opusnummer 1. Maar deze zes Suites waren meteen ook de laatste die hij voor klavecimbel schreef; ze bevatten veel Franse invloeden.
Na zijn opname met Bachs zeven Toccata’s uit 2018 (Hyperion CDA 68266) zet de Iraans-Amerikaanse Mahan Esfahani zijn vermoedelijke volledige opname van Bachs Klavecimbelwerken hiermee voort. Daarvoor speelt hij op een mooi klinkend Jukka Ollika klavecimbel dat hij in Praag nabouwde van een Mieke model.
Esfahani begint Partita nr. 1 in rustig tempo met een vloeiende ‘Prelude’, in de ‘Corrente’ voert hij het tempo wat op, de ‘Sarabande’ klinkt statig met mooie versieringen, de ‘Menuetten’ zijn gracieus, de Gigue’ is levendig.
Zo gaat het precies verder zoals het hoort. Esfahani heeft een uitstekend tempogevoel en alle delen volgen met grote duidelijkheid, noch gehaast, noch te traag: hij speelt gewoon heel natuurlijk. Tot de hoogtepunten behoort de lange ‘Allemande’ uit de vierde Partita.
Hiermee ontpopt hij zich als een heel goed geïnformeerde geduchte concurrent van Richard Egarr (Harmonia Mundi HMM 90.7593/4), Maasaki Suzuki (BIS CD 1313/4) en Menno van Delft (Resonus RES 1021-2).
Over de geschiktheid van de coverafbeelding met Bachs karikaturaal vervormde gezicht van beeldhouwer Messerschmidt (1736 - 1783) kan men van mening verschillen.