Bacewicz: Pianosonates nr. 0, 1 en 2; Études nr. 1 en 2; Concertétude. Joanna Sochacka. DUX DUX 1689 (63’35”). 2020

 

Bacewicz: Kleine triptiek; Concert Krakowiak; Kindersuite; Études voor dubbele noten nr. 1 en 2; Concertétudes nr. 1-10; Pièces caracteristiques nr. 1-3; Pianosonate nr. 2. Morta Grigaliunaité. Piano Classics PC 10183 (66’23”). 2018

 

De Poolse componiste Grazyna Bacewicz (1909 - 1969) behoorde tot de generatie Poolse componisten van Witold Lutoslawski en hoewel ze in de jaren dertig vorige eeuw in Parijs bij Nadia Boulanger studeerde, betond het eerste gedeelte van haar loopbaan als violiste en aanvoerdster van het Pools Omroeporkest in de jaren voor W.O. II. De viool bleef haar prioriteit, maar ze componeerde ook en was een begaafde pianiste.

Ze schreef in totaal drie Pianosonates, een ongenummerde in 1930, nr. 1 in 1949 en nr. 2 in 1953; de beide Études zijn uit 1952, die voor dubbele noten uit 1955 en de Concertétude is uit 1949. Het Kleine triptiek is uit 1965, Concert Krakowiak, een echt showstuk, uit 1949, de Kindersuite als waardig opvolger van Debussy’s Children’s corner uit 1933, de tien Concertétudes uit 1956 en de drie Pièces caracteristiques ontstonden in 1932. 

Haar stijl was voornamelijk tamelijk luchtig neoklassiek en mooi gewrocht met soms echo’s van Poolse volksmuziek. Pas in haar latere jaren schoof ze wat door richting avant-garde als voorloopster van Ligeti.

Johanna Sochaka zorgt voor uitstekende uitvoeringen en bewijst haar grote kunnen vooral in de duizelingwekkende finale van Pianosonate nr. 2. Zij is de enige die op cd dre drie Pianosonates bijeenbrengt.

De uit Litouwen komende pianiste Morta Grigaliunaité is een even enthousiaste Bacewicz vertolkster. Ze richt zich meer op de korte stukken en zo vullen beiden elkaar goed aan om een beeld te geven van de Pianomuziek van Bacewicz. Ze beschikt over een goed uitgekiende techniek, maar had misschien iets meer dichterlijk gevoel kunnen tonen in de kalmere werken.

Verder geen klachten en alleen maar dankbaarheid voor dit tweetal fijne uitgaven. Ze vormen een mooie toevoeging aan wat Ewa Kupiec in 2000 al van Bacewicz liet horen (Hännsler 93034), Misschien is het nuttig om nog even te herinneren aan Krystian Zimerman die zo’n indruk maakte met de Pianosonate nr. 2 (Olympia OCD 392).