CD Recensies

BUSONI: ELEGIEËN, PIANOSONATINE, TOCCATA

Busoni: Toccata BV. 287; Elegieën nr. 1-7 BV. 252; Pianosonatine nr. 6 BV. 284; Toccata, adagio en fuga in C BV. 29/1. Peter Donohoe. Chandos CHAN 20237 (70’31”). 2020 
 
Zelf moet Ferruccio Busoni (1866 - 1924) een uitstekende pianist zijn geweest en hij toonde dat in zijn eigen werken en de bewerkingen die hij maakte. Je moet dus wat in je mars hebben, wil je dat materiaal tot zijn recht laten komen. Bij weinig pianisten staat hij nog op het programma, maar het zou jammer zijn om hem te vergeten. De Engelse pianist zorgt daar voor en doet dat gelukkig niet aan de hand van een stel van Busoni’s Bachbewerkingen (slecht één en niet de bekendste), maar met eigen composities.
Het omvangrijkst is de verzameling van zeven Elegieën uit 1909. Voor de werken baseerde hij zich bij een op de koraalmelodie ‘Meine Seele bangt und hofft zu Dir’ van Bach en voor de rest op melodieën uit eigen eigen werken, o.a. zijn Suite Die Brautwahl en de opera Turandot. 
De meeste werken herinneren sterk aan Liszt, vooral vanzelfsprekend de Pianosonatine ’Super Carmen’ nr. 6 uit 1920, al klinkt dit werk in harmonisch opzicht duidelijk vernieuwender dan bij Liszt ooit het geval was. Peter Donohoe gelooft in deze muziek en laat zich niet afschrikken door de moeilijkheidsgraad van deze werken en toont zich een heel goed toegeruste virtuoos die zich ook om de inhoud bekommert. 
De enige die me nog meer overtuigde, is Marc-André Hamelin in zijn opname van de late Pianowerken van Busoni (Hyperion CDA 67951/3, 3 cd’s), maar met zijn beperktere selectie en zijn aanstekelijke enthousiasme maakt Donohoe een niet makkelijk te evenaren goede indruk. En Chandos zorgde voor een heel goede pianoklank.