Brahms: Strijkkwartetten nr. 1 in c op. 51/2, 2 in a op. 51/2 en 3 in Bes op. 67; Strijkkwintet nr. 2 in G op. 111. Lilli Maijala (va) met het Dudok kwartet. Rubicon RCD 1077 (2 cd’s, 2u., 08’07”). 2021

 

Brahms componeerde drie Strijkkwartetten - of beter gezegd: hij schreef drie Strijkkwartetten die hij goed genoeg vond om ze ons te laten horen. We zullen nooit weten hoeveel hij er verbrandde of weggooide. Wat ons gelukkig rest zijn drie werken als ontboezemingen van angst, vurigheid en vastbeslotenheid.

Dat zijn ook typisch de kwaliteiten die het Amsterdamse Dudok kwartet van  Judith van Driel en Marleen Wester (v), Marie-Louise de Jong (va) en David Faber (vc) in hun heldere, zo nodig geagiteerde, elders rustig overwogen en strakke spel tonen. Judith van Driels en Marleen Westers’ zilverglanzende viooltoon krijgt van de warme middenstem van Marie-Louise de Jong wat gloed toegevoegd en David Faber legt een mooi fundament onder het geheel. Als geheel is de textuur goed geïntegreerd en helder gehouden. De klank als geheel is lenig en er wordt een goed gevoel getoond voor structuur en detail. En belangrijk punt is nog, dat consequent niet omwonden darmsnaren worden gebruikt.

Voor de vertolking van het tweede Strijkkwintet voegt de Finse altvioliste Lilli Maijala zich op harmonieuze wijze bij de groep. Deze eerste opname van het Dudok kwartet op Rubicon kan dan ook goed geslaagd worden genoemd. Je kunt je haast niet meer voorstellen dat deze musici begonnen bij het ’straatensemble’ Ricciotti’.

Hoe deze uitvoeringen zich verhouden tot de opnamen van het Amadeus kwartet (DG 457.707-2) en het Takács kwartet (Hyperion CDA 67552) mag de kritische luisteraar zelf uitzoeken, maar lijkt nogal overbodig.