Berio: Coro. Koor en orkest van de Keulse omroep o.l.v. Luciano Berio. DG 471.587-2 (56’57”). 1979
Eigenlijk moet men dit werk niet alleen horen, maar vooral ook zien uitvoeren. Het concept berust namelijk op ‘paren’ waarin zowel overeenkomsten als verschillen tot uiting worden gebracht tussen de beide leden van zo’n paar. Elk van de veertig koorleden is gekoppeld aan een instrumentalist en de opstelling is daarnaar ingericht.
De teksten bestaan deels uit folkloristisch materiaal over liefde en door en echt kunst gedichten in dit geval van een enkele dichter, Neruda wat het geheel een duidelijk politiek stempel verleent, getuige de kernzin ‘Kom en zie het bloed op straat’. Dat op zijn beurt verleent het werk het karakter van een preek, van een politiek manifest.
Gelukkig is de muziek rijk geschakeerd, nu eens uitgesproken kernachtig, dan weer heel lyrisch, maar de synthese is heel geslaagd. Het meest wordt men eigenlijk herinnerd aan Stravinsky’s Les noces. De vertolking is heel mededeelzaam en er komen gelukkig ook geen buitenmuzikale elementen – spreekstem, elektronische hulpmiddelen – aan te pas. Zo bezien is dit een van de geslaagdere werken van Berio dat hier een overtuigend pleidooi krijgt.