Bach, J.S.: De 6 suites voor solocello BWV 1007-1012. Sigiswald Kuijken (violoncello da spalla). Accent ACC 24196 (2 cd’s, 136’59”). 2006/7
Dit zijn niet zomaar weer de cellosuites van Bach. Ditmaal worden ze met veel toewijding gespeeld op een violoncello da spalla, een schoudercello. Kuijken houdt in de bijgevoegde tekst een warm historisch gefundeerd pleidooi voor het gebruik van dit lichter getimbreerde instrument dat nauwelijks meer algemeen toegankelijk is. In het binnenwerk van de hoes staat ook een afbeelding van zo’n door Dmitry Badiarov in 2005 gebouwd instrument en hoewel het helaas niet duidelijk is gespecificeerd, mogen we aannemen dat Kuijken daarop speelt.
Het resultaat maakt nog enigszins de indruk van het soort onwennigheid dat we kennen van de eerste opnamen op ‘authentiek’ instrumentarium. Geen wonder: het moet behoorlijk lastig zijn om de zich de nieuwe speeltechniek van het grotere instrument als violist zo eigen te maken dat deze bekend lastige werken in al hun voegen overtuigend klinken. Hier horen we soms nog wat rafelrandjes en jachtig, niet geheel uitgediept en genuanceerd spel. Maar petje af voor de poging die dankzij een prachtige opname heel fraai het timbre weergeeft. In zoverre een boeiend alternatief voor Bijlsma (Sony), Fournier (DG), Mørk (Virgin) en Rostropovitch (EMI).