CD Recensies

BEETHOVEN: CELLOSONATES NR. 1-5; VARIATIEWERKEN; HOORNSONATE

Beethoven: Cellosonates nr. 1-5; Variaties over ‘See the conquering hero comes; uit Händels Judas Maccabeus WoO 45, ‘Ein Mädchen oder Weibchen’ op. 66 en over ‘Bei Männern welche Liebe fühlen’ op. 17 uit Mozarts Die Zauberflöte; Hoornsnate op. 17. Steven Isserlis en Robert Levin. Hyperion CDA 67981/2 (2 cd’s, 2u. 38’58'). 2013

De vijf cellosonates van Beethoven vertellen een interessant verhaal: ze omspannen Beethovens hele creatieve leven en onthullen zijn experimenten met het genre dat hij creëerde, zijn vrnieuwingen, zijn blakende ambitie en de oplossingen voor het balansprobleem.

In de loop der tijd verschenen tal van opnamen al dan niet met de drie variatiewerken extra. Te denken valt vooral aan uitblinkers als Perényi en A. Schiff (ECM 472.401-2), Adrian en Alfred Brendel (Philips 475.379-2), Wispelwey en Komen (Channel Classics CCS 3592), Meneses en Pressler (Avie AV 2103), Rostropovitch, Richter + Gendron Françaix (Philips 442.565-2).

Ook bestonden al vertolkingen met een fortepiano van Pleeth en Tan (Hyperion CDD 2204) en gedeeltelijk van Karttunen en Hakkila (Warner 0927-49595-2, 2564-60626-2).

Maar hier wordt de historiserende trend nog consequenter en beter gerealiseerd. Daartoe werd naar behoren allereerst voor het passend goede gereedschap gezorgd. Isserlis bespande zijn Stradivarius Marquis de Corberon cello met darmsnaren en Levin zorgde voor een door Paul Nulty nagebouwde kopie van een Walter & Sohn fortepiano uit 1805.

Daarmee zijn ze goed gewapend om zowel de beide vooral virtuoze, in 1796 voor de Pruisische koning geschreven sonates op 5 zowel als de langste, geliefdste en meest lyrische op 69 uit 1808 en de beide laatste op. 102 uit 1815 optimaal te spelen.

Als extra is het celloarrangement van de Hoornsonate, dat ook Wispelwey en Shapiro ooit opnamen (Channel CCS 6494) meegenomen. 

Dat pakt enorm mooi uit. De cello klinkt wat directer dan gewoon, maar die balans met de fortepiano klopt verder goed. Levins instrument klinkt niet kil klaterend, maar klinkt onder mezzoforte heel teer en daarboven met een mooi volle toon. Verder is vooral het lage register erg fraai. De samenwerking tussen het tweetal musici is unaniem en hun voordracht is heel verhelderend. Het brengt een gevoel van frisse verrassing en onweerstaanbare musiceervreugde over en dat alles met een schijnbaar groot gemak en volkomen vanzelfsprekendheid.

De opname is verder heel gedetailleerd met cellistenvingers die hoorbaar worden geplaatst. Alles bijeen: een klasse apart die geen bijzondere aanbeveling nodig heeft.