CD Recensies

BRIAN: SYMFONIE NR. 1, GOTHISCHE, LENÁRD, BRABBINS

Brian: Symfonie nr. 1 in d, Gothische. Eva Jenisová (s), Dagmar Pecková (ms), Vladimir Dolezal (t), Petr Mikulás (bs) met het Bratislava kinderkoor, het Slowaaks operakoor en het Slowaaks filharmonisch orkest en –koor o.l.v. Ondrej Lenárd. Marco Polo 8223280/1, Naxos 8.557418/9 (2 cd’s, 1u. 51’05”). 1989

 

Brian: Symfonie nr. 1 in d, Gothische. Susan Gritton (s), Christine  Rice (ms), Peter Auty (t), Alastair Miles (bs) met het Bachkoor, het Londens symfonie koor, het BBC Concertorkest en het BBC Nationaal orkest – en koor van Wales o.l.v. Martyn Brabbins. Hyperion CDA 67971/2 (2 cd’s, 1u. 54’45”). 2011

 

Hij staat in het Guinness Book of Records, William Havergal Brian (1876-1972). Van zijn 32 symfonieën overtreft de eerste alles wat ooit tevoren op het gebied van de seculiere of geestelijke muziek aan gigantomanie is verschenen. Het zesdelige werk op liturgieteksten had een lange barenstijd van 1919-1927.

De in idiomatisch opzicht heel persoonlijke stijl van de componist zorgt voor een enorm massief uiterlijke, maar de overzichtelijker dimensies binnenin deze structuur zorgen voor erg mooie lyrische eilanden in deze gigantische symfonische oceaan. 

Deze tonen aan dat het Brian niet louter om (knal)effecten ging. Dirigent Lenárd, die gelukkig in dit geval de uitersten in tempo bekrachtigt en zichzelf de tijd gunt, toont weinig moeite bij het coördineren van zijn nauwelijks overzienbare muziekschare. Jammer genoeg blijven op het punt van ruimtelijkheid, dynamiek en dieptescherpte nogal wat wensen onvervuld. 

Er zijn alternatieven van Boult uit 1966 (Testament SBT 2 1454) en Brabbins, een ‘live’ opname van de Londense Proms uit de Royal Albert Hall, met zoals bekend ook niet de ideale akoestiek. Toch klinkt zijn opname een stuk helderder, krachtiger. Zijn vertolking doet verder zeker niet onder voor die van Lenárd en met Susan Gritton beschikt hij over een ideale sopraansoliste. De balans neigt dus in het voordeel van Brabbins.