Martha Argerich en vrienden, 2007. Bartók: Vioolsonate nr. 1; Beethoven: Pianotrio nr. 5 in D op. 70/1 Geistertrio; Pianokwartet in D WoO 36/2; Dohnányi: Pianokwintet nr. 1 in c op. 1; Glinka: Grand sextet in Es; Lutoslawski: Paganinivariaties; Messiaen: Thema en variaties; Mozart/Busoni: Fantasie für eine Orgelwalze in f KV 608; Ravel: Suite Ma mère l’oye; Suite nr. 2 Daphnis et Chloé (bew. Garban); Schumann: Andante en variaties op. 46; Kinderszenen op. 15. Martha Argerich, Nicolas Angelich, Karin Lechner, Alexander Mogilevsky, Gabriela Montero, Francesco Piemontese, Sergio Tiempo, Mauricio Vallina en Lilya Zilberstein (p), Renaud Capuçon, Lucy Hall, Alissa Margulis, Dora Schwarzberg (v), Lida Chen, Nora Romanoff-Schwarzberg (va), Jorge Bosso, Mark Dobrinsky, Mischa Maisky (vc) en Enrico Fagone (cb). EMI 518.333-2 (2 cd’s, 2 uur 19’02”). 2007
Begonnen in 2003 brengt EMI trouw dubbel cd’s uit met materiaal van Martha Argerichs juni kamermuziekfestival in Lugano. Ze omringt zich daar ieder jaar met een meest jeugdiger vriendenkring en protegés om muziek op het hoogste niveau te maken. Wat een kans om zich door haar te laten inspireren en grotere bekendheid te verwerven! Als min of meer vertrouwde gasten treden daar de broers Capuçon, Lilya Zilberstein, Mischa Maisky en Dora Schwarzberg op, maar in 2007 waren er ook nieuwkomers als Mogilevsky, Piemontese en Vallina.
De programma’s zijn steeds aangenaam afwisselend en bevatten mooie verrassingen, zoals in dit geval bijvoorbeeld het sextet van Glinka, de Mozartbewerking van Busoni, Beethovens nogal onbekende pianokwartet en Dohányi’s pianokwintet. Wat zo wordt geboden is een mooie ontdekkingsreis door de muziekgeschiedenis met hier en daar als feest der herkenning vertrouwde kost.
Zoals een beroemde zanger aan de Weense opera opmerkte: “we gingen nog meer ons best doen als we wisten dat Karajan in het gebouw was”, zo liet dit corps musici zich opnieuw op de toppen van hun kunnen brengen door deelneemster/inspiratrice Argerich.Logisch dat niet elke vertolking in zo’n ‘live’ opname even volmaakt is. Het grote ensemble dat bij Glinka nodig is, had hechter mogen klinken, de gastvrouw zelf steekt niet helemaal in optimale vorm in de Busonibewerking van Mozarts Fantasie en heeft naast Mogilevski ook een paar zwakke momenten in Ravels Ma mère l’oye. Ze revancheert zich echter geheel in Beethovens Geistertrio (waarin gelukkig Maisky niet sentimenteel schmiert) en maakt met de geweldige Montero een feest van Schumanns variatiewerk. Aan zichzelf overgelaten speelt ze eens temeer heel beeldend diens Kinderszenen.Veel voldoening geeft dat Karin Lechner en Sergio Tiempo na hun jeugdige successen ook nu nog zo goed zijn, zoals blijkt uit hun weergave van de bewerking voor twee piano’s van Ravels 2e Daphnis suite door Lucien Garban. Een andere ontdekking vormt het duo Alissa Margulis en Francesco Piemontesi in het stuk voor viool en piano van de jonge Messiaen. Als uitsmijter dienen Lutoslawski’s Paganinivariaties met de gastvrouw en Vallina.