Instrumentale Eurl-hoe liederen. Eurl-hoe recital. Liu Tan Hua: Idyllisch lied; Vogelgezang als echo in de vallei; Anon.: Huilende rivier des leeds; Zhu Wei: Viering van de druivenoogst; Liu Jin Wen: Ode aan de Shanmenxia kloof; Reng Tong Xiang: Een boeket bloemen; Hua Yan Jun: Maanreflectie in het tweeling voorjaarsmeer; Liu Wen Jin: Ballade uit de Noordelijke provincie Henan. Yu Hong Mei (eurl-hoe), Liu Yin Xuan (cimbaal), Wu Lin (Chinese harp) en Chen Zhe (piano). Channel Classics CCS SA 80206 (61’03”) 2005
Met de opkomst van China als wereldmacht is het goed behalve van de bloeiende economie ook cultuuruitingen (vooral muziek, die altijd wat achterloopt) een grotere kans te geven en Channel Classics heeft dat goed begrepen door een project rond de Chinese muziek op te zetten. Dit is daarvan de eerste, prachtig klinkende vrucht. Waar het in de van vroeger bekende Chinese muziek meestal om traditioneel materiaal van vaak onbekende herkomst ging dat dan doorgaans in de rubriek Wereldmuziek werd ondergebracht, hebben we hier te maken met twintigste eeuwse Chinese componisten die zich vaak wel op oud folkloremateriaal uit hun omgeving baseerden voor hun vastgelegde composities.
Enige verwarring, alleen al door verschillend gespelde namen en begrippen is daarbij onontkoombaar. Voordat Channel Classics met zijn project begon, had een merk als Marco Polo (heel kenmerkend) al werk van deze en andere componisten vastgelegd (op o.m. 8.223918, 2.223924 en 8.223926) en ook ASV (CDDCA 1068) en Delos (DE 3308) lieten zich niet onbetuigd, maar kozen soms voor orkestbegeleiding.
De eurl-hoe (in het Engels Erhu) is een tweesnarige, toetsloze viool in de stemming D4 en A4 met drie en een half octaaf bereik (D4 tot A7) waarbij de helemaal losse snaren alleen met de vingers worden aangeraakt waardoor haast vanzelf een vrij vibratorijke toon ontstaat. De strijkstok maakt voortdurend contact met een der snaren.
De muziek heeft een uitgesproken pentatonisch, melodieus, zangerig karakter omdat het ritme in de Chinese muziek een erg ondergeschikte rol speelt. De werking van deze muziek berust vooral op het spel der klankkleuren. Yu Hong Mei is in eigen land een beroemdheid en verwierf intussen ook in Europa faam. Zij wordt bekwaam terzijde gestaan door Yang Quin met een cimbaal, een aangeslagen cither (denk aan het cymbalom in Kodály’s Háry Jánossuite), Wu Lin met een Chinese harp en Chen Zhe met het enige Westerse instrument: de piano.
Op oren die nauwelijks gewend zijn aan Chinese volks- en kunstmuziek maakt het hele recital een weliswaar exotische, maar evenzeer voortreffelijke, boeiende indruk. Aanbevolen ter nadere kennismaking!