CD Verzamelprogramma's

XU, PEIJIN EN GODELIEVE SCHRAMA: WERKEN VOOR ALTVIOOL EN HARP

Peijun Xu en Godelieve Schrama: Werken voor altviool en harp. Bax: Sonate fantaisie; Saint-Saëns: Fantasie op. 124; Schubert: Arpeggione sonate in a D. 821 (bew.); Britten: Lacrimae op. 48 (bew.). Profil PH 19069 (75’06”). 2019
 
De Arpeggione sonate van Schubert horen we maar zelden uitvoeren op het daarvoor bedoelde instrument, zoals door France Springuel en Jan Vermeulen (Et’cetera KTC 1431), maar meestal op een cello. Soms zelfs als pianotrio (András Schiff c.s. Teldec 0630-13151-2), of voor altviool en piano  (Nobuko Imai en Roger Vignoles, Chandos CHAN 8664) en Wiebke van Eikeren en Dorothee Krost-Vogel, Charade CHA 3022, of zelfs met contrabas (Gary Karr en Harmon Lewis, King KICC 47).
Dan is het maar één stap verder om het werk met altviool en harp te spelen. Dat is op cd voor het eerst en je vraagt je af hoe Schubert hierop zou hebben gereageerd. 
Bij Lachrimae van Britten ligt de situatie weer anders. Dat is een erk voor altviool en piano of altviool en strijkers, maar ook daarvan bestaat een variant voor fluit, altviool en harp met Aurèle Nicolet, Nobuko Imai en Naoko Yoshino (Philips 442.012-2). Die harp is dus niet zo vreemd en past mooi bij het werk.
Arnold Bax schreef zijn Fantasie in 1927, Camille Saint-Saëns de zijne in 1907 eigenlijk voor viool en piano. Hoe gevarieerd en levendig deze composities ook zijn, ze hebben één ding gemeen: de beide instrumenten worden gelijkwaardig behandeld en krijgen de ruimte.
De Chinese harpiste Peijun Xu, die vooral in Duitsland werkzaam is en de Nederlandse harpiste Godelieve Schrama vonden elkaar in dit aardige recital waarin nauwelijks van vervreemding sprake is, maar de muziek door de vervanging van de concertvleugel door de harp luchtiger en transparanter klinkt. In hoeverre dat de genietbaarheid verhoogt, is ter beoordeling aan de luisteraar. Beide musici leveren daarvoor louter fraaie klanken die de muziek op een nieuwe wijze laten glanzen.