CD Verzamelprogramma's

THARAUD, ALEXANDRE: PIANOCONCERTEN VAN ABRAHAMSEN, PESSON, STRASNOY

Alexandre Tharaud: Pianoconcerten. Abrahamsen: Pianoconcert voor de linkerhand ‘Left alone’; Pesson: Future is a faded song; Strasnoy: Pianoconcert Kuleshov. Met resp. het Rotterdams filharmonisch orkest o.l.v. Yannick Nézet-Séguin, het Omroeporkest Frankfurt o.l.v. Tito Ceccherini en Les violons du roy o.l.v. Mathieu Lussier. Erato 2953-23073 (62’49”). 2012/7

Dat Alexandre Tharaud een heel veelzijdige pianist is die zich met schijnbaar gemak door alle muziekperiodem, stijlen en genres van ba rok tot heden beweegt wordt hier weer aangetoond met een drietal, onderling geheel verschillende aan hem opgedragen Pianoconcerten.

Dat Hans Abrahamsen (1952) zijn zesdelige werk in 2016 voor de linkerhand schreef, is een logisch gevolg van het feit dat hij sinds zijn geboorte niet over het volle gebruik van zijn gehandicapte rechterhand kan beschikken. Haast onvermijdelijk vertoont het concert een verre verwantschap met Ravels linkerhandconcert. 

Maar de titel Left alone heeft hier ook een letterlijke betekenis van alleen gelaten te worden. Dat blijkt meteen in de eerste vijf korte delen waarin de piano met wat karige melodielijnen nogal eenzaam is en het moet opnemen tegen de rond zich rond hem wervelende orkestklanken. Pas in deel zes, het langste van alle, gaan piano en orkest een harmonieuze verbinding aan.

Future is a faded song van Gérard Pesson (1958) ontleent zijn titel aan een gedicht van TS Elliott uit diens Four quartets, maar ook met Maurizio Kagel die was gevraagd om een compositie voor Tharaud te schrijven, maar die in 2008 overleed voordat hij daaraan toekwam. Pesson gebruikte in zijn werk motieven uit allerlei genres en me name dansvormen als tango, wals en bossa nova. 

De Argentijns-Franse Oscar Strasnoy (1970) baseerde zijn Kuleshov op het Koelesjov-effect dat rond 1918 werd blootgelegd door de Russische filmmaker Lev Koeleslov. Door filmbeelden op een bepaalde manier te monteren, kan de ervaring van het publiek sterk worden beïnvloed worden. Tijdens dat experiment werd een beeld van het uitdrukkingsloze gezicht van een zekere Ivan Mozzioechin getoond in relatie met verschillende andere beelden, onder andere een soepbord, een meisje en een doodskist. Afhankelijk van deze associatie werd de gelaatsuitdrukking door het publiek anders geïnterpreteerd.

Stasnoy gebruikte dat principe in een uitgebreid rondo dat helaas nogal conventioneel klinkt.

Dat de drie composities op deze cd een attractieve verscheidenheid vertonen, maakt de uitgave interessant. Voor de rest is het vooral een demonstratie van de interpretatieve brille, de Latijnse helderheid van zijn spel en de spiritualiteit van zijn geest. Gelukkig krijgt hij in alle drie de werken de begeleiding die hij verdient.