Seldom sene: Concerto barocco. Vivaldi: Concert voor 4 violen en orkest in b op. 3/10, RV. 580 (bew.); Bach, J.S.: Klavecimbelconcert nr. 4 in g BWV. 975, Brandenburgs Concert nr. 6 in Bes BWV. 1051; Händel: Concerto grosso in Bes op. 3/2, HWV. 313 (bew.), Orgelconcert in g op.4/1 HWV. 289; Scheidt: Canzon super O Nachbar Roland SSWV 66; Bertali: Sonate voor 5 blokfluiten en b.c. Met Matthias Havinga (kl., org). Brilliant classics 96181 (66’19”). 2020

 

Het voortreffelijke blokfluitkwintet Seldom Sene is steeds op zoek naar geschikt repertoire en komt daarbij soms uit bij een onbekende componist als de in Verona geboren Antonio Bertali (1605 - 1669) die het belangrijkste deel van zijn beroepsleven aan het Habsburgse hof in Wenen doorbracht waar hij opklom tot Supremus musices praefectus en kapelmeester. Hij moet dus een redelijk belangrijke status hebben gehad, maar naar zijn werken als Prothimia suavissima moet men met een kaarsje zoeken. Daarom is het goed dat hij ook in dit programma is vertegenwoordigd met een aardige Sonate voor 5 blokfluiten. Ook met de Canzon super O Nachbar Roland van Samuel Scheidt (1587 - 1654) kunnen we als blijk van vroegbarok gelukkig zijn.

Maar waarom koos men verder voor op zich goede bewerkingen door María Martinez Ayerza van bekende composities van Vivaldi, Bach en Händel terwijl er toch genoeg werken voor kwintet zijn? Niet dat deze niet mooi zijn of matig klinken - in tegendeel. Maar er is zoveel van bijvoorbeeld G. Gabrieli, Peter Philips, Michael Praetorius, Thomas Morley en Thomas Tallis, dat me dit meer voor de hand liggend schijnt.

Voor de realisatie van het programma zoals die nu eenmaal is, past wel alle waardering, vooral ook voor de gevonden oplossingen van het spel tussen soli en tutti. Keurig is ook de lage stemming A=415Hz aangehouden. Verzachtende omstandigheden genoeg om de uitgave ondanks wat programmatische bezwaren erg welkom te heten.