CD Verzamelprogramma's

RICHARDOT, LUCILE: PERPETUAL NIGHT

Lucile Richardot: Perpetual night. Johnson, R.: Care-charming sleep; Lawes: 'Whiles I this standing lake' uit' Justitia sacrum; Music, the master of thy art is dead; ‘Britanocles the great and good appears' uit Brittania triumphansCoprario: 'Go, happy man' uit The masque of squires; Ramsey: What tears, dear prince, can serveGo, perjured manHowl not, you ghosts and furies; Lanier: ‘No more shall meads’ uit Selected ayres and dialogues; Jenkins, J.: Pavan in F; Banister: ‘Give me my lute’; Amintas, that rue hearted  swan' uit Choice Ayres and songs; Webb: Powerful Morpheus, let thy charms; Hilton: ‘Rise, princely shepherd’ uit The judgement of Paris; Hart: ‘Adieu to the plea cures’ uit Choice of Ayres  and songs; Blow: ‘Epilogue Sing, sing, ye muses’ uit Amphion Anglicus. Met het Ensemble Correspondences o.l.v. Sébastien Daucé. Harmonia Mundi HMM 90.2269 (72’01”). 2017

 

Wanneer men onlangs A column of fire van Ken Follett heeft gelezen, is men vertrouwd met de uitwisstelling van vorsten, handelslieden en kunstenaars tussen Frankrijk en Engeland in de zestiende en zeventiende eeuw. De Franse mezzo Lucile Richardot die al meewerkte aan opnamen van John Eliot Gardiner in opera’s van Monteverdi en dat in 2018 gaat doen met Berlioz’ La mort de Cléopâtre en fragmenten uit Les Troyens (20 oktober in Amsterdam) is het huidige zingende voorbeeld van zo’n Frans-Engelse muziekalliantie.

In het programma Perpetual Night zingt ze twintig aria’s uit Engelse maquis en dramatische taferelen die een voorbode zijn van de (semi) opera. Het was een vruchtbare zeventiende eeuwse grond, waarop het experiment kon gedijen. Soms klinkt de muziek van Robert Johnson tot Henry Purcell nog wat recitatiefachtig, soms vrolijk als in Sing, sing ye muses van John Blow en Go happy man van John Hilton, soms  charmant als in Care-charming sleep van Robert Johnson en Amintas, that true hearted Swan van John Banister een enkele keer ook echt dramatisch als in Lawes' Music, the master of thy art is dead.

Moge dat al vrij uniek zijn aan dit recital, echt bijzonder is het specifieke stemgeluid van Richardot dat Iers weg heeft van een countertenor, maar dan wel met een stralend vrouwelijk karakter. De vocale en intrumetale leden van het Ensemble Correspondences onder Sébastien Daucé presteren ook op heel hoog niveau.

Zo’n uitgave maakt ons veel duidelijk over de stand van de wereldlijke muziek uit de Renaissance.