Graham Ross: Pärt: Da pacem Domine; The woman with the alabastre box; Magnificat; Nunc dimitis; Stabat mater; Vasks: Plainscapes nr. 1-3; MacMillan: Miserere. Met het Clare College koor, Cambridge, het Dimitri ensemble, Jamie Campbell (v) en Oliver Coates (vc). Harmonia Mundi HMM 90.5323 (79’44”). 2018
Het was een aardige gedachte van koordirigent Graham Ross om koorwerken van Arvo Pärt naast en tegenover werken van zijn tijdgenoten Peteris Vasks en James MacMillan te plaatsen. Het Stabat mater van Pärt, hie in de versie voor sopranen, alten en tenoren met strijkorkest, vervult een centrale rol. De inzet is heel mooi, maar geleidelijk verliest de muziek aan vaart en intensiteit. Dat werd mooier gedaan door Kristjan Jävri met het RIAS koor (Sony 88697-72334-2). Maar Pärts overige werken wordt geheel recht gedaan. In ‘Da pacem’ onderscheiden de tenoren zich positief. In het Magnificat met zijn gevreesde climaxen zorgt het koor voor mooie nuancen.
Het belangrijkste werk op deze uitgave is Vasks’ een kwartier durende Plainscapes, een muzikale impressie van het vlakke Letse landschap in bovenaanzicht tijdens een nacht met een heldere sterrenhemel in een verstilde sfeer totdat de dageraad met caleidoscopische vogelzang, bijzonder goed uitgevoerd.
In de complexere, zwaarder bezette stukken, zoals Pärts The woman with the alabastre box met rollen voor een verteller, discipelen en Jezus en het Miserere van MacMillan heeft het koor hinder van de galmende akoestiek die harmonieën en timbres verdoezelt. Hoeveel beter klinkt dat van bijvoorbeeld het Nederlands kamerkoor (Globe GLO 5240).
Het lastig uit te voeren Miserere van MacMillan slaagde tot slot gelukkig weer heel goed. Ondanks wat beperkingen werd dit toch een fijne kooruitgave.