Lets omroepkoor o.l.v. Kaspars Putniņš: Nature and the soul. Dārziņš: Lang geleden; Maanstralen; De gebroken pijnbomen; Melngailis: Natuur en de ziel; ‘Beweeg zachtjes en rustig’ uit Lets Requiem; Zãlītis: De bokaal op het dodeneiland; Graubiņš: De nacht in in het bod binnengetreden; Vītols: De dag loopt ten einde; Het maanlied; Het betoverde bos; De dwergen en de oude bosman; De koning en de champignon; David voor Saul; De uitgelatenheid van de zo. LMC Skani 054 (58’48”). 2016
Een onvergetelijk mooie rondreis door de drie Baltische landen in 2003, nog voordat het daar ook overal van de MacDonalds ging wemelen, bracht behalve prachtig indrukken van het oude platteland, achttiende en negentiende eeuwse buitens, Jugendstil architectuur herinneringen en ja, natuurlijk ook verschrikkelijke Sovjet Plattenbau flats op muzikaal gebied de kennismaking met de beroemde, verfijnde koorcultuur.
Gelukkig waren in die wereld ook altijd componisten die voorzagen in de behoefte aan mooi repertoire. Deze uitgave laat daarvan uit Letland een aantal voorbeelden van werken van Emils Dārziņš (1875-1910, Emilis Melngailis (1874-1954), Jãnis Zãlītis, Jekabs Graubiņš (1886-1961) en Jãzeps Vītols (1863-1948) horen.
Het is dan interessant om bij deze generatiegenoten uit de tweede helft van de negentiende eeuw overeenkomsten en verschillen te ontdekken. Hun grootste onderlinge overeenkomst is, dat ze heel goed voor gemend kor konden schrijven. Bi de verschillen valt op, dat het werk van Dārziņš en Melngailis qua stijl verwantschap vertoont met Sibelius, dat van Zãlītis expressionister, extatischer van aard is, dat van Graubiņš uitgesproken folkloristisch, net als dat van Vītols die in kringen van Glazoenof en Liadov verkeerde.
Steeds gaat het om sympathieke, welluidende stukken die in alle opzichten bijzonder gaaf, sfeervol en fraai worden gezongen. Het materiaal is poëtisch enn helder, geheel zonder vals sentiment. Zang die echt met hart en ziel plaatsvindt. De opname ontstond bij gelegenheid van de viering van de weliswaar helaas enige tijd onderbroken honderdjarige zelfstandigheid van Letland.