Ligeti: Études nr. 1-18. Danny Driver. Hyperion CDA 68286 (57’52”). 2019
De drie bundels met in totaal 18 Études Die György Ligeti in zijn twintig laatste levensjaren schreef, behoren tot de belangrijkste bijdragen aan het solopianorepertoire uit de laatste helft van de vorige eeuw. Op zichzelf beschouwd zet hij in deze werken waaraan hij werkte tot 2002, vier jaar voor zijn dood, de bestaande traditie voort waarvan Hélène de Montgeroult begin negentiende eeuw de grondlegster was en die tot grote bloei kwam bij Chopin en Liszt tot Rachmaninov voort en in de vorige eeuw uitmondde bij Jolivet, Mozart Camargo Guarnieri, Messiaen, Cage, Rorem, Rautavaara, Glass, Bolcom, Dusapin en Hamelin.
Het gaat in principe om met lastige stukken waarin de technische vaardigheden van de vertolker op de proef worden gesteld en soms zelfs meer dan dat.
Maar in stilistisch opzicht hebben de Études van Ligeti weinig gemeen met die van zijn voorgangers. De invloeden die er vorm aan geven zijn dezelfde waarvan zijn werken van na begin jaren tachtig zijn doortrokken: van de polyritmische studies van Nancarrow via de muziek uit sub-Sahara Afrika tot de chaostheorie en met minimalisme van Steve Reich.
Maar het vocabulaire is steeds helemaal van hemzelf. De Engelse pianist Danny Driver heeft dit materiaal al geruime tijd op zijn repertoire en is er dus goed mee vertrouwd voordat hij deze opname maakte. Volgens hem bestaat de uitdaging daarvan uit ‘putting the emotional and evocative power of these pieces centre stage despite their intransigent virtuosity’.
Dat lukt hem uitstekend en alleen Pierre-Laurent Aimard (Sony SK 62308) evenaart of overtreft hem soms, maar Driver is heel origineel en dat pleit voor hem. Hij geeft Fredrik Ullén (BIS CD 1683/4), Idil Biret (Naxos 8.555777) het nazien.