Patricia Kopatchinskaya: Bartók, Eötvös, Ligeti. Bartók: Vioolconcert nr. 2 BB. 117, Sz. 112; Eötvös: Seven; Ligeti: Vioolconcert. Met het Omroeporkest Frankfurt c.q. Ensemble Modern o.l.v. Peter Eötvös. Naïve V 5285 (2 cd’s, 1u. 19’53”). 2012
Een mooie krachttoer van de in nieuwere muziek gespecialiseerde Moldavische Patricia Kopatchinskaya, die logisch in het tweede Vioolconcert van Bartók (1938) en het helaas enige van Ligeti (1992) terechte aandacht besteedt aan twee van de beste twintigste eeuwse werken in dit genre.
Het derde Hongaarse concert is Seven van Peter Eötvös en werd in 2006 geschreven naar aanleiding van de in 2003 omgekomen astronauten tijdens de ramp met de Amerikaanse space shuttle. Logisch genoeg. Het vrij kleurige werk wordt gedomineerd door het getal zeven en heeft dus ook zeven deeltjes en zeven aan de bewuste astronauten opgedragen onbegeleide en elegische solocadensen. Dat wordt pas tegen het eind van het 23’ minuten durende werk met een lange klacht. Het vergt de nodige virtuositeit en die lijkt Kopatchinskaya superieur te kunnen opbrengen.
Opnieuw toont de violiste zich een hoogst capabel musicus met de juiste feeling voor deze muziek en haar grote veelzijdigheid maakt vooral een overtuigende indruk in het werk van Eötvös met zijn sprankelende polyritmen. Ook het concert van Ligeti krijgt een der beste cd vertolkingen van haar.
Alleen voor het veel geregistreerde Vioolconcert van Bartók met zijn neoklassieke een expressiever tendensen zal ze haar meerdere moeten erkennen in onder andere de dames Faust (Harmonia Mundi HMC 90.2146), Chung (Decca 425.015-2), Steinbacher (Pentatone PTC 5186-350) en Mullova (Philips 456.542-2).