Trio Karénine: Fauré: Pianotrio in d op. 120; Ravel: Pianotrio in a; Tailleferre: Pianotrio (1978). Mirare MIR 376 (60’35”). 2017
Begrijpelijk genoeg zal de aandacht vooral uitgaan naar het vierdelige Pianotrio van Germaine Tailleferre (1892-1983), het enige vrouwelijke lid van de Groupe des six. In de jaren 1916 en 1917 schreef ze een pianotrio dat met een allegro animato in Franse broeikassfeer binnenkomt. In 1978 voegde ze daar een Raveliaans allegro vivace toe waarna het oude gedeelte vervolgt met een kort en luchtig moderato en de kernachtige finale, très animé, weer uit 1978 is. Het geheel speelt zich binnen veertien minuten af.
Het is sympathiek dat het Franse Trio Karénine, ter inspiratie genaamd naar de symbolische kracht van Tolstoi’s beroemde roman en bestaande uit Fanny Robbilliard (v), Louis Rodde (va) en Paloma Kouider (p) dit werk plaatst naast de bekendere Pianotrio’s van Fauré (1923) en Ravel (1914).
Met spontaan jeugdig élan en fijnzinnig individueel en ensemblespel laat het drietal horen hoe treffend en meeslepend deze muziek kan zijn. Daarom is het eigenlijk jammer dat ze het enige andere werk voor pianotrio van Tailleferre, Calme et sans lenteur (1917) niet ook nog hebben vastgelegd