Anna Gourari: Visions fugitives. Prokofiev: Visions fugitives op. 22 nr. 1-20; Medtner: Sprookje in f op. 26/3; Chopin: Pianosonate nr. 3 in b op. 58. ECM 481.1157 (61’18”). 2013
Binnen ongeveer 25 minuten flitsen ze voorbij, de twintig ‘kleine voetzoekers (of blindgangers)’ zoals Prokofiev zijn Visions fugitives uit 1915/7 zelf noemde. Omschrijvingen als ‘ridicolosamente’, ‘pittoresco (arpa)’ en ‘lento irrealmente’. De Russische pianiste Anna Gourari biedt dit alle mogelijkheden om haar fantasie de vrije loop te laten. Dat gebeurt vervolgens met een grote rijkdom aan heel evocatieve invallen die nu eens lyrisch dan weer sardonisch, melancholiek, fel, sardonisch, bezonnen, grotesk zijn al naar de titel suggereert.
Om tot rust te komen volgt een beschouwend, nostalgiek Sprookje van Medtner uit diens reeks Vertellingen.
Daarna wordt het eerste deel van Chopins sonate stevig, echt Pools heroïsch aangepakt; het largo klinkt treffend zangerig en de finale wordt stormenderhand genomen.
Zo ontstond een heel persoonlijk getint recital van een opvallend krachtige artistieke persoonlijkheid. Vergelijkingen maken is vrij zinloos bij zo’n divers recital, maar wie daartoe lust heeft, kan het wat Prokofiev proberen met Petkova (Bloomline BS 12-092), Mustonen (Decca 444.803-2) en Demidenko (Conifer CDCF 204), bij Medtner met Tozer (Chandos CHAN 9899) en bij Chopin met Argerich (DG 419.055-2), Hamelin (Hyperion CDA 67706), Kissin (RCA 09026-62542-2) of zelfs de oude Rubinstein (RCA 09026-63046-2). Maar waarom zou men bij zulke prachtvertolkingen door deze Russische pianiste, die ook in ander opzicht de aandacht op zich vestigde, onder meer als hoofdpersoon in de film Invincible van Werner Herzog uit 2001 en als documentairemaakster over de Russische kunst voor Duitse TV.
Verder kan de aandacht uitgaan naar Gourari’s eerdere opnamen: Canto oscuro (ECM 476.4661) met werken van J.S. Bach/Busoni, Hindemith en Goebaidoelina, haar Chopinrecital met 29 Mazurka’s (Berlin Classics BC 1666-2), haar Brahmsprogramma met de Fantasieën op. 116, de Intermezzi op. 117 en de Pianostukken op. 118/9 (Berlin Classics BC 1647-2) en last but not least haar Beethovenprogrogramma met Pianoconcert nr. 3, Sonate nr. 8 Pathétique en Variaties WoO. 80 (Koch 3-1499-2).