CD Verzamelprogramma's

D'AMORE DUO: INCANTATIONS AND INSPIRATIONS

Duo d’amore: Incantations and inspirations. S. Yates: Canto; Solfeggietto nr. 3, 7; A. Ford: D’amore; T.R. Harris: Movements nr. 1, 2; E. MacLean: Incantations; J. Mayrose: Vivaldiana; R. Edwards: Yanada; Ukpirra; K. Brookes: Five bells; C. Lastocicka: Láska. Elaine Funaro (kl) en Geoffrey Burgess (h). Classic Concert CCR 62033 (65’29”). 2006

 

Onder de subtiel ‘New music for baroque hobo and harpsichord’ biedt het Duo d’amore een leuk programma waarin getracht is een fusie tussen de oude en de eigentijdse muziek tot stand te brengen. De oude kant is al verzekerd door het gebruik van oude instrumenten die hun moderne kant kunnen laten horen in deze in opdracht geschreven stukken. Dat daaraan gelet op de titel ook de oboe d’amore te pas komt, zal niet verbazen.

De Amerikaanse klaveciniste Elaine Funaro die tijdens haar studie ook in het Amsterdams Conservatorium wat sporen naliet bij Ton Koopman en Gustav Leonhardt vormde samen met de Australische hoboïst Georffrey Burgess het Duo d’amore

Hier is werk bijeengebracht van eigentijdse Amerikaanse en Australische componisten die zich lieten inspireren door de klankwereld en de technieken van barokcomponisten. Een soort New Age muziek is het best aangename resultaat.

Zo horen we achtereenvolgens een lyrisch Canto en Solfegietto van Stephen Yates uit 2004 terwijl D’amore van Andrew Ford veel weg heeft van de hoornsoli uit de derde akte van Wagners Tristan. In de Improvisations (2005) van Edwin McLean komen we in een meer jazzy klimaat en de in traagheid gedompelde wereld van de Amerikaanse prairie, Concreter wordt het daarna met Vivaldiana van John Mayrose waarin een oorspronkelijke sonate voor hobo en basso continuo is gerecycled.

Het woord Yanada betekent bij de Australische aboriginals ‘maan’ en in Ross Edwards wordt deze in een eenzame hobosolo fraai bezongen; Ulpirra (fluit), eindigend met een ‘Hey!’, heeft ook een bijzondere sfeer. Als we verder weten dat het Tsjechische Láska ‘liefde’ betekent, wordt ook veel over het afsluitende stuk van Chris Lastovicka duidelijk.  

Voor de geëngageerde, genuanceerde vertolkingen past alle waardering.