CD Verzamelprogramma's

DEGO, FRANCESCA: CANNONE, IL

Francesca Dego: Il cannone. Paganini: Rondo in b ‘La campanella’ uit Vioolconcert nr. 2 op. 7 MS. 48 (bew. Kreisler), ‘Cantabile’ in D op.17, MS. 109 (bew. Boccadoro); Kreisler: ‘Recitativo en scherzo caprice’ op. 6; Corigliano: The red violin caprices; Boccadoro: ‘Come d’autunno’; Rossini: ‘Un mot á Paganini’ uit Péchés de vieillesse band 9; Schnittke: ‘A Paganini’; Szymanowski: ‘Paganini caprices’ op. 40 nr. 1-3. Met Francesca Leonardi. Chandos CHAN 20223 (64’03”). 2019
 
Il cannone Guarnerius is een viool die de beroemde vioolbouwer Giuseppe Antonio Guarneri in 1743 in Cremona vervaardigde. Een van de vroegere eigenaars, Paganini, die net een Amati was kwijtgeraakt omdat hij een gok verloor, kreeg het instrument in handen van aan amateurviolist en zakenman en gaf het instrument zijn bijnaam vanwege zijn krachtige, resonansrijke klank. Na zijn dood schonk hij deze viool aan de gemeente Genua en tegenwoordig wordt die beschouwd als een nationale schat en is tentoongesteld in een streng bewaakte grote zaal van het gemeentehuis. Maandelijks haalt een curator de viool uit zijn vitrine om erop te spelen zodat het instrument in conditie blijft. Belangrijker nog is dat eens in de twee jaar deze kostbare viool ook mag worden bespeeld door de winnaar van het Premio Paganini concours.
In het verleden viel onder andere Michael Rabin, Shlomo Mintz, Eugene Fodor en de jazzvioliste Regina Carter die eer te beurt. In 2017 maakte Daniel Houck in het verre Ohio een replica voor Razvan Stoica en in 2019 mocht Joanna Frankel daarop spelen.
In datzelfde jaar in november was de dertigjarige Francesca Dego aan de jaarlijkse beurt. De vraag is: wat ga je spelen als je deze krachtpatser een poosje onder de kin hebt? Zelf zegt ze daarover: ‘I was overwhelmed when I was first handed the instrument that caressed the ears of Schumann, Schubert, Goethe, Rossini, Bellini, Berlioz, Chopin, Heine, and so many more. I remember standing in that very room as a young girl, hypnotised, staring at history behind glass, fingers tingling at the thought of touching it. And suddenly there I was, holding Paganini’s violin.’
Voor iemand die al zulke mooie opnamen heeft gemaakt van Paganini’s Vioolconcert nr. 1 en het Vioolconcert van Wolf-Ferrari (DG 481.6381) en van Respighi’s Vioolsonate, Castelnuovo’s Ballade, Rosina, Figaro en Violetta plus Stravinsky’s Suite italienne (DG 481.7297) komt dit succes niet als een verrassing.
Francesca Dego vormt al zestien jaar een duo met Francesca Leonardi dus samen zijn ze voor geen kleintje vervaard als het om virtuoos en expressief samenspel gaat. Geen wonder dat Kreisler bewerking van La campanella luchtig klinkt en in zijn Recitativo het instrument in een solo helder laat spreken. Het Scherzo-caprice verloopt luchtig en vloeiend met fraaie pizzicati. Van Coriglino’s filmmuziek in de vorm van thema met vijf variaties wordt een briljant geheel gemaakt. Come d’autunno van Carlo Boccadorois aan Dego opgedragen en wordt liefdevol voorgedragen. Dit stuk ontstond naar aanleiding van een gedicht van Ungaretti en is opgedragen aan de violiste.
Vervolgens kreeg het zangerige Cantabile van Paganini een nieuwe begeleiding van Boccadoro en belanden we daarna even in de miniatuuropera met twee leuke fragmenten uit Rossini’s ‘Oudedagzondes’. Schnittke stelt het tweetal op de proef met zijn kleurige ‘A Paganini’, een studie in tremolo die door twee cadensen wordt onderbroken. De drie Caprices van Szymanowski vormen een overtuigende afsluiting van dit bijzondere recital. Vooral het lage register van de viool klinkt erg mooi en Francesca Leonardi toont zich een ideale begeleidster.
Het is haast aandoenlijk hoe de violiste zo liefdevol en uitgekiend, met een grote technische finesse met het bijzondere instrument omgaat.