CD Verzamelprogramma's

CHICHE, MARINA: POST-SCRIPTUM

Marina Chiche: Post-scriptum. Kreisler: ‘Schön Rosmarin’, ‘Liebesfreud’ en ‘Liebesleid’ uit Oud Weense dansen, ‘Tambourin chinois’ op. 3; ‘Syncopation’; Kroll: ‘Banjo and fiddle’; Mendelssohn: ‘Auf Flügeln des Gesangs’ uit Liederen op. 34 (bew.); Moszkowsi: ‘Guitarre’ op. 45/2 (bew. Sarasate); Rachmaninov: Madeliefjes op. 38/3 (bew. Heifetz); Korngold: ‘Garden scene’ uit Much ado about nothing op. 11; Godowsky: ‘Alt-Wien’ uit Triakontameron (bew. Heifetz); Achron: ‘Hebreeuwse melodie’ op. 33; Foster: ‘Jeanie with the light brown hair’ (bew. Heifetz); Paradis: ‘Siciliano’ (bew. Dushkin); Fauré: Romance in Bes op. 28; Schumann: ‘Der Vogel als Prophet’ uit Waldszenen op. 82 (bew. Heifetz); Debussy: ‘Beau soir’ L. 6 (bew. Heifetz); Sarasate: ‘Introductie en tarantella’ op. 43. Met Aurélien Pontier. NoMadMusic NMM 072 (61’23”). 2019

Waarschijnlijk als een eerbetoon aan Fritz Kreisler en Jascha Heifetz in zijn rol als bewerker speelt de Franse violiste Marina Chiche 18 miniatuurtjes waarvan we een stel vooral als toegiften kennen. Behalve tijdens haar studie in haar geboorteplaats Marseille perfectioneerde ze haar spel in Wenen en München.

Ze creëert met dit programma, dat men liever met stukjes en beetjes tegelijk dan geheel achter elkaar moet beluisteren, een verleidelijke sfeer uit het recente verleden aan de hand van een stel originele composities en verschillende pastiches. Daar had Mélancolie van Eric Tanguy, dat ze al op Transart TR 129 speelde, nog wel bij gekund. 

Chiche toont gevoel voor zowel de mengeling van een fluwelen toon, veelzeggend rubato en Weense charme als de lichtere Franse toon en een Spaans temperament, afhankelijk van wat ze onderhanden neemt. Dat valt te prijzen, maar nu zou ze zich eens aan serieuzer kost met een langere adem moeten wijden, want tot op heden maakte ze voornamelijk opnamen met korte werken, al is daar ook een opname met verschillende solowerken onder de titel ‘Après une lecture de Bach’ met composities van Bach, Beffa, Prokofiev en Ysaÿe (Intrada 4498). Maar voorlopig kunnen we tevreden zijn met het hier gebodene.