Boulez: Passeport pour le XXe siècle. Stravinsky: Japanese lyrics nr. 1-3, Concertino voor 6 houtblazers, 4 koperblazers en 2 strijkers; Varèse: Ionisation, Orkeststukken op. 10 nr. 1-5; Intégrales (ged.); Berio: Corale su Sequenza VIII (ged.); Ligeti: Kamerconcert voor 13 instrumenten; Stockhausen: Kreuzspiel (ged.); Boulez: Éclat (ged). Christine Whittlesey (s) en Maryvonne le Dizès (v) met het Ensemble InterContemporain o.l.v. Pierre Boulez. Montaigne WM 334.88518 (61’59”). 1988
Deze oudere cd uitgave waarop ik in het rek toevallig stuitte, zette me aan het denken. Het was in 1988 Boulez’ beperkte keuze uit wat hij toen maatgevende componisten en composities uit de twintigste eeuw vond en sommige daarvan zijn fragmentarisch weergegeven. Stravinsky is vertegenwoordigd met composities uit 1913 en 1920, Varèse krijgt momentopnamen uit 1931, 1913 en 1925, Stockhausen uit 1951 en Boulez zelf uit 1964.
De opgave was feitelijk onmogelijk op rechtvaardige wijze te realiseren en er zou een dik album nodig zijn om bijvoorbeeld ook Adams, Louis Andriessen, Bartók, Berg, Birtwistle, Britten, Carter, Debussy, Glass, Janácek, Ligeti, Lutoslawski, Messiaen, Ravel, Reich , Schönberg, Sibelius. Webern, Xenakis een plaatsje te geven. Iedereen zal zo zijn voorkeuren hebben.
Maar een aardige voorzet geven Boulez en zijn specialistenteam wel.