Bernardini kwartet: Around Mozart. Bach, J.C.: Hobokwartet in Bes WB. 60; Mozart: Hobokwartet inF KV. 370/368b; Bochsa sr.: 'Romance favorite' in F; Dotzauer: Hobokwartet in F op. 37; Rolla; Piccolo quartetto in C  B. 1425; Druschetski: Canone a quattro voci del Sig. Kirnberger in a. Arcana A 482 (67’29”). 2020

 

Onder de Hobokwartetten is dat van Mozart het bekendste, maar in zijn tijd droegen meer componisten aan het genre bij. Daarvan zijn hier Johann Christian Bach (1735 - 1782) Charles Bochsa sr. (ca. 1750 - 1821), Justus Johann Friedrich Dotzauer (1783 - 1806), Alessandro Rolla (1757 - 1841) en Georg Druchetzki (1745 - 1819) ook elk met een werk vertegenwoordigd. Daaraan hadden als er ruimte voor was Josef Fiala (1748 - 1816) en Franz Krommer (1759 - 1831) nog kunnen worden toegevoegd.

Het blijkt om heel mooi en dankbaar repertoire te gaan waaraan deze ex-hoboïst nostalgisch aan terugdenkt. Maar zo mooi als Alfredo Bernardini het terzijde gestaan door Cecilia Bernardini (v), Simone Jandl (va) en Marcus van den Munckhof (vc) wordt gespeeld, klonk dat beslist niet.

Alfredo Bernardini, die afwisselend speelt of vijf instrumenten van Carlo Palanca, Jacob Grundman, Charles Deusse, Heinrich Genser en Ermenegildo Magazari uit zijn verzameling oude instrumenten uit de jaren 1750 tot 1810, toont zich de ideale pleitbezorger voor deze charmante, vaak speelse werken. Hij speelt met een mooi volle, ronde toon die benijdenswaardig fraai klinkt en elk instrument heeft hoorbaar zijn eigen timbre. Dat draagt bij aan de veelkleurigheid. Belangrijk is ook dat hij zo goed wordt gesteund, voorop door zijn dochter Cecilia, die tot voor kort het Schotse Dunedin Consort leidde. De grote muzikaliteit van het ensemble tilt de muziek ver boven het routineuze en het gemiddelde uit. Weer een fijne aanwinst.