Alice Sara Ott en Francesco Tristano Schlimé: Scandale. Schlimé: A soft shell groove; Stravinsky: Le sacre du printemps; (bew); Rimsky-Korsakov: “Het verhaal van prins Kalender’ uit Scheherazade op. 35; Ravel: La valse. DG 479.3541 (61’58”). 2013

Een jaar voordat Stravinsky’ Sacre als ballet in Parijs geruchtmakend in première ging speelde de componist het op twee piano’s door met Debussy. Wat Debussy van het werk vond, weten we niet, maar het idee dat twee van de grootste componisten uit het begin van de twintigste eeuw hun krachten bundelden voor dit revolutionaire werk, spreekt tot de verbeelding.

Een eeuw later herhalen de Japans-Duitse pianiste Alica Sara Ott en de Luxemburgse pianist/componist Francesco Tristano Schlimé deze tour de force en ze doen dat zo woest, percussief en vastberaden dat hun vleugels beslist na afloop aan een nieuwe stembeurt toe waren. 

Ontdaan van alle orkestrale kleuren komt het harmonische en ritmische geraamte veel duidelijker naar voren en beide pianisten zorgen ervoor dat de impact wordt gemaximaliseerd.

Schlimé’s eigen Soft shell groove dat hieraan vooraf gaat klinkt in verhouding als 7’07” easy-listening in een wat bleke combinatie van Rachmaninov en Terry Riley. Het deel uit Rimsky’s Scheherazade is vervuld van sfeer van verhalende Oosterse poëzie en klinkt mooi romantisch. Ravels La valse tot slot is weer meesterlijk met een demonische inslag en een felle ontploffende climax tot besluit, zo intensief voert het tweetal dit werk uit.