EGOROV, JOERI, OMNIBUS

Egorov, Joeri: Bach: Chromatische fantasie en fuga in d BWV 903; Mozart; Pianoconcerten nr. 17 in G KV 453 en 20 in d KV 466; Fantasie in c KV 475; Beethoven: Pianoconcert nr. 5 in Es op. 73; Chopin: Fantasie in f op. 49 (2x); Etudes nr. 5  nr. 5 in ges op. 10/5 en 3 in E op. 10/3; Ballade nr. 1 in in g op. 23; Nocturnes in fis op. 15/2, in Des op. 27/2 en e op. posth. 72/1; Scherzo nr. 2 in bes op. 31; Schumann: Carnaval op. 9; Toccata op. 7; Arabeske op. 18; Bunte Blätter op. 99; Kreisleriana op. 16; Novelettes op. 21/1 en 8; Papillons op. 2; Debussy: Préludes band 1 en 2; Estampes; Reflets dans l’eau. Met het Philharmonia orkest o.l.v. Wolfgang Sawallisch. EMI 206.531-2 (7 cd’s, 438’50”). 1978/85 

Jan Brokken: Het huis van de dichter. Atlas, 2008. 

Het toeval wil dat tegelijk met deze bundeling van Egorovs opnamen een aan de pianist gewijde biografie van hem verschijnt. Het verdient aanbeveling om die eveneens te gebruiken om een beter inzicht te krijgen in het tamelijk stormachtige leven van de markante, grillige pianist die in Amsterdam binnen en buiten de homoscène een cultfiguur werd.

Zeker voor Nederland dat als een soort tweede huis voor hem gold en waar hij in zijn laatste jaren tot een waar idool uit de pianistenwereld uitgroeide, is het de moeite waard dat EMI nog eens alle acht in de eerste helft der jaren tachtig uitgebrachte opnamen in een laaggeprijsd album uitbrengt.

De in 1954 in het Russische Kazan geboren, in 1976 naar het Westen uitgeweken Egorov die als vermoedelijk een van de eerste aidspatiënten kort voor zijn vierendertigste verjaardag in Amsterdam overleed, is wel vergeleken met Dinu Lipatti die toen hij aan leukemie stierf ook vergelijkbaar jong was met nog een grote, onvervulde carrière voor zich.

Opvallend is nog dat Egorov die aan tal van concoursen – Parijs, Moskou, Brussel, Fort Worth – deelnam nooit een eerste prijs won, maar niettemin een glanzende korte loopbaan had en overal een grote publiekslieveling was, maar veel van zijn grote talent jammer genoeg onbenut liet. Wie het hier bijeengebrachte repertoire van Bachs barok via Mozarts classicisme, Beethovens vroegromantiek, Chpoins romantiek en Schumanns hoogromantiek tot Debussy’s impressionisme systematisch maar wel vrij vlot achter elkaar beluistert, kan ook begrijpen waarom.

Pianistisch is eigenlijk niets op de vertolkingen aan te merken, ze hebben hun geldigheid bewaard en de diverse stijlen zijn onderscheiden, maar steeds raak getroffen.Voor menigeen zal de inhoud van dit waardevolle album dat blijkbaar in beperkte oplage verschijnt dierbare herinneringen oproepen. De opnamen kunnen er nog goed mee door, zijn hooguit wat licht in de bassen.