Componisten portretten

HAHN

 

HAHN, REYNALDO (1875 – 1947): VERBORGEN DIEPTES

 

 

 

Hij zong zijn liederen met een sigaret in de mond, was in de Parijse salons een wonderkind van dertien dat directeur werd van de Parijse Opéra. Wie was Reynaldo Hahn?

 

 

 

Zoals de meeste muziekliefhebbers wist ik vrijwel niets van Reynaldo Hahn en zijn muziek afgezien van het lied Si mes vers avaient des ailes. Een mooi, heel melodieus lied, dat nog enige populariteit geniet als toegift. Ergens las ik dat hij het had geschreven toen hij dertien was. Een wonderkind derhalve, maar je hoorde feitelijk niets meer van hem. Was zijn talent snel uitgeput? Tenslotte werd hij ruim zeventig en stierf hij pas in 1947.

 

Af en toe bleef ik aan hem haken via vermeldingen in de literatuur. Nooit een hele biografie of zelfs maar een geheel aan hem gewijd hoofdstuk; alleen maar anekdotes, toegenegen of roddelachtige herinneringen.

 

 

 

Dit is wat er over hem in de muziekencyclopedieën staat:

 

HAHN, Reynaldo, Frans dirigent en componist (Caracas, Venezuela, 8.8.1875 – Parijs 28.1-1947). Studeerde compositie bij Lavignac en Massenet wiens muzikale erfgenaam hij – samen met Messager - is geworden op het gebied van de Franse operette. Hij dirigeerde opera’s te Parijs, Salzburg en Cannes. In 1945 werd hij benoemd tot directeur van de Opéra te Parijs. Hoewel Hahn ook symfonische muziek heeft gecomponeerd – onder meer een piano- en een vioolconcert – is hij voornamelijk bekend geworden door zijn liederen en zijn werken voor het lyrische theater. Met de operette Ciboulette behaalde hij groot succes.

 

 

 

Ik ontdekte dat hij de grote liefde was in het leven van Proust, de enige die een vertrouwde vriend van hem bleef nadat ze uit elkaar waren gegaan. Hoewel Hahn het oerbeeld van de Franse estheet was, had hij geen druppel Frans bloed in zijn aderen. Hij werd in Venezuela geboren uit een Duitse vader en een Venezolaanse moeder (zodat de tweede H in zijn achternaam normaal moet worden uitgesproken). De jongeman werd op zijn tiende toegelaten op het Parijse Conservatorium waar hij de lievelingsleerling werd van Massenet. Op zijn vijftiende was hij al beroemd. De grote Alphonse Daudet vroeg hem om toneelmuziek te schrijven bij een van zijn stukken. Hij werd al gauw een populaire en graag geziene gast in de Parijse High Society, waar hij in de salons van zijn nobele gastvrouwen piano speelde en zijn mélodies zong met een brandende sigaret in de mond. Hij werd bewonderd door Gounod, raakte bevriend met Sarah Bernardt; vrouwen zowel als mannen vonden hem onweerstaanbaar aantrekkelijk.

 

Niettemin is dat eigenlijk niet genoeg om iemand aan te moedigen om zijn muziek nader te leren kennen. Het gaat blijkbaar om een saloncomponist, om een sociale vlinder. Foto’s van Hahn suggereren dat ook: haast te uitgezochte kleren, de lome ogen boven een elegant geknipte snor, een enkele parel op een volmaakt gestrikte zwartzijden das. Een talentvolle amateur? Een dilettant?

 

In 1915 schreef Hahn een reeks walsen onder de titel Le ruban dénoué – het losgemaakte lint. Proust zei daar dwepend en nogal ontstellend over dat ze “de zuiverheid van Rimsky-Korskakof combineerden met de diepzinnigheid van Beethoven”. Die walsen werden gecomponeerd in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog door een eenvoudige soldaat (ondanks zijn rijkdom en zijn aristocratische connecties bracht Hahn het nooit verder dan korporaal). Hij werd pas in 1912 Frans staatsburger en meldde zich kort daarop als vrijwilliger. Hij moet verschrikkelijke ervaringen hebben gehad; veel van zijn vrienden kwamen om. Voor een van zijn zwaar gewonde kameraden schreef hij en stuk dat hij voor hem speelde als hij niet kon slapen. Ik wilde graag dat “Wiegelied voor een genezende” en die walsen horen, maar in druk bleken ze te zijn uitverkocht en opnamen bestaan er blijkbaar niet van.

 

Lang voor de Eerste Wereldoorlog, toen hij nauwelijks dertig was, werd Hahn uitgenodigd om tijdens het Salzburg Festival Mozarts Don Giovanni te komen dirigeren. Een dirigent zowel als een componist? Ook dat was nieuw voor me. De andere dirigenten dat jaar (1906) waren Mahler en Strauss. Was hij zo goed? Volgens zangeres Maggie Teyte die met hem samenwerkte, was hij de beste Mozartdirigent met wie ze ooit optrad. Anderen moeten haar opvatting hebben gedeeld: zijn Mozartvertolkingen in de jaren dertig waren zo beroemd dat toen de Parijse Opéra na de Tweede Wereldoorlog werd hervormd, Hahn daar directeur werd. Hij was gedurende deze oorlog in Frankrijk gebleven, hoewel zijn Joodse afkomst betekende dat hij in gevaar was; zijn muziek was natuurlijk ook entartet verklaard gedurende de Duitse bezetting. Intussen had de dilettant respect verworven als criticus en als zangleraar. Iemand die dat ook doet naast het schrijven van liederen, korte pianostukken, kamermuziek, concerten, opera’s en operettes is blijkbaar niet zomaar een amateur.

 

Maar toen stuitte ik op een paar van zijn boeken en vroeg me af of ik echt meer van zijn muziek wilde horen. Hij schreef prachtig Frans, maar wat hij te vertellen had – met name over zingen – getuigde van zoveel clichématige goede smaak, dat ik me afvroeg: werd zijn muziek verwaarloosd omdat componeren mogelijk de minste van zijn grote gaven was? Wat als zou blijken dat zijn muziek weliswaar aangenaam, maar ook onbetekenend zou zijn?

 

In feite zijn de “losgemaakte lint” walsen absoluut niet als iets van Rimsky-Korskof of Beethoven doch bekoorlijk vol aardige melodieën, vervuld van een treffende nostalgie. Het “Wiegelied voor een genezende” is meer dan een vriendelijk gebaar. Het stuk is driedelig; het begin is inderdaad een mild wiegelied, het middengedeelte brengt de erkenning dat de jonge soldaat ooit dringend behoefte zal hebben aan opmontering en het slot graaft dieper. Was Hahn verliefd op die soldaat?

 

In theaterstukken als het verrukkelijke Ciboulette toont Hahn zich de laatste grootmeester van de Franse operette. Ook zijn liederen zijn kostelijk. Hahn besefte dat hij niet de gelijke was van Gabriel Fauré en hij bezat het schrandere gevoel om de middelen af te stemmen op de mate van het voorhanden talent. Maar sinds Fauré heeft alleen Poulenc hem overtroffen in de subtiele wijze om Franse woorden op muziek te zetten. Melodie was zijn grote gave, vaak een melodie die lyrisch of smachtend het verleden oproept.

 

Hahn had geen voeling met de eigentijdse wereld; zijn wereld stierf op het slagveld van de Eerste Wereldoorlog. Misschien zelfs al eerder, toen Proust hem afwees. In zijn liederen trachtte hij niet geweldige verhalen te vertellen of diepe emoties te uiten. Hij concentreerde zich op rustige melancholie, tere spijt, nostalgie, het teer oproepen van voorbije élégance. Wat dat betreft had hij weinig rivalen.

 

Ik had de nodige aarzeling om zijn muziek te bestuderen omdat ik vreesde dat deze onwaardig zou zijn voor de man die ik had leren respecteren en bewonderen om het weinige dat ik van hem wist. In feite weerspiegelt die muziek precies wat de man was. Vermoedelijk juist daarom is die muziek zo sympathiek.

 

 

 

Composities

 

Pianoconcert; Vioolconcert; Toneelmuziek; Balletmuziek o.a. Le bal de Béatrice d’Este (1909); Werken voor 2 piano’s; Cantate Prométhée; ruim 100 Liederen o.m. Chansons grises en Chansons espagnoles. Opera’s L’Îsle du rêve (1898), Nausicaa (1919), La reine de Saba (1927), Le marchand de Venise (1935); Operettes Ciboulette (1923), Mozart (1925) en O mon bel inconnu (1926).

 

 

 

Discografie

 

De belangrijkste cd opnamen:

 

Balletsuite Le bal de Béatrice d’Este. Ronald Corp. Hyperion CDA 66347.

 

Pianoconcert in E. Coombs met het BBC Schots orkest o.l.v. Jean-Yves Ossonce. Hyperion CDA 66897.

 

Werken voor 2 piano’s. Hüsseyin Sermet en Kun Woo Paik. Auvidis V 4658.

 

Pianowerken. Cathérine Joly. Accord 20054-2.

 

Liederen. Martin Hill en Graham Johnson. Hyperion CDA 66045.

 

Liederen. Rachel Yakar en Claude Lavoix. Virgin 561.433-2.

 

Liederen. Felicity Lott, Susan Bickley, Ian Bostridge, Stephen Varcoe e.a. met Graham Johnson. Hyperion CDA 67141/2.

 

Liederen. Susan Graham en Roger Vignoles. Sony 60168.

 

Liederen. François le Roux en Jeff Cohen. REM 311069.

 

Ciboulette (gedeelten).  André Grandjean, Willy Clément, Michel Hamel, Françoise Ogéas, Jean–Chistoph Benoit met het Champs Elysées koor- en orkest o.l.v. Paul Bonneau. EMI 568.286-2.

 

Mozart. Frans Concert orkest o.l.v. André Jouve. EMI 568.286-2.

 

O mon bel inconnu. Lyrisch orkest van de Franse omroep o.l.v. Jean Brebion. Musidisc 202.562.