Componisten portretten

MONDONVILLE

 

MONDONVILLE, JEAN-JOSEPH DE (1711 – 1772): PIONIER VAN DE VIOOLSONATE

 

 

 

In de jaren 1730 bevond de Franse violist en componist Mondonville zich in Lille, daarna vestigde hij zich in Parijs, waar hij vlot succes boekte in beide hoedanigheden. Hij werd sous-maître van de koninklijke kapel in 1740 en intendant in 1744. Zijn muziek frappeert door verbeelding. Het bekendst werden zijn sonates voor klavecimbel en viool uit 1734 die tot de vroegste voorbeelden van de begeleide klavecimbelmuziek behoren (de componist orkestreerde ze later vaardig), maar de werken voor klavecimbel, viool en stem (1748) doen daar nauwelijks voor onder. Ook zijn 17 grands motets (die tot de mooiste behoren sinds Lalande zich met dit genre profileerde en die regelmatig werden uitgevoerd tijdens de Concerts spirituels) en zijn tien theaterwerken (1742-1771) genoten grote populariteit.

 

 

 

Selectieve discografie

 

6 Sonates en symphonies op. 3. Les musiciens du Louvre o.l.v. Marc Minkowski. Archiv 457.600-2.

 

Grands motets ‘Dominus regnavit’, ‘In exitu Israel’ en ‘De profundis’. Sophie Daneman, Maryseult Wieczorek, Paul Agnew, François Piolino, Maarten Koningsberger, François Bazola met Les arts florissants o.l.v. William Christie. Erato 0630-17791-2.