SINDING, CHRISTIAN (1856 – 1941): MEER DAN FRÜHLINGSRAUSCHEN
De Noorse pianist en componist Sinding studeerde in Kristiania en Duitsland (Leipzig, Dresden, München, Berlijn) waar hij de invloed van Wagner onderging, was korte tijd in Rochester in de V.S. waar hij doceerde, maar kon gelukkig van een Noors staatsstipendium onafhankelijk leven en werken.
Zijn werken in laatromantische stijl, waarvan de meeste beduidend beter zijn dan het overbekende pianowerk Frühlingsrauschen op. 32/3 uit 1896 zijn minder specifiek Noors dan het werk van Grieg en Svendsen. Sinding, die best over een eigen stem beschikte, componeerde twee opera’s, orkestwerken (symfonieën en concerten of concertante werken), kamermuziek en zeer veel korte pianowerken en liederen.
Het loont vooral de moeite om ook eens naar zijn vier symfonieën te luisteren. De eerste ontstond in de periode 1887/1890, de tweede volgde tien jaar later, de derde en langste volgde in 1919 toen de componist al 73 was en de vierde is zelfs uit 1936.
Selectieve discografie
Symfonieën nr. 1 en 2. NDR omroeporkest Hannover o.l.v. Thomas Dausgaard. CPO CPO 999.502-2.
Symfonieën nr. 3 en 4 Winter en lente. NDR omroeporkest Hannover o.l.v. David Porcelijn. CPO CPO 999.596-2.
Vioolconcert; Romance. Henning Kraggerud met met Bournemouth symfonie orkest o.l.v. Bjarte Engeset. Naxos 8.557266.
Suite voor viool en orkest in a. Itzhak Perlman met het Pittsburgh symfonie orkest o.l.v. André Previn. EMI 562.590-2.
Légende voor viool en orkest. Dong-Suk Kang met het Omroeporkest Bratislava o.l.v. Adrian Leaper. Naxos 8.550329.
Scènes uit het leven; Romance; Suite in oude stijl; Vioolsonate. Dora Bratchkova en Andreas Meyer-Hermann. CPO CPO 999.931-2.
Frühlingsrauschen. Joseph Cooper. Decca 473.145-2.