VOŘÍŠEK, JAN VACLAV (1791 – 1825): BEDENKER VAN DE IMPROMPTU

Vořišek behoort tot de vele Boheemse componisten en componistengeneraties die – zoals Benda, Stamitz en Reicha hun geluk in het buitenland zochten en de ontwikkeling van de Middeleuropese muziek hielpen beïnvloeden. Zijn geboorte- en sterfjaar tussen Beethoven en Schubert liggend, kenmerken ook zijn historische positie tussen het Weense classicisme en de vroegromantiek.

Tegenwoordig is de componist nog haast uitsluitend bekend als de bedenken van het pianostuk dat onder de naam impromptu bekend werd. Hij componeerde evenwel muziek van buitengewone kwaliteit en verdient best de nodige aandacht. ’s Componisten enige symfonie uit het jaar 1821 munt uit door blijken van een zeer fijnzinnige poëzie en kan op één lijn worden gesteld met de vroege symfonieën van Schubert; de finale heeft wel iets gemeen met die van Beethovens Vierde.

Selectieve discografie

Symfonie in D op. 24. Schots kamerorkest o.l.v. Charles Mackerras. Hyperion CDA 66800.

6 Impromptu’s; Fantasie in C; Pianosonate in bes; Variaties in Bes op. 19. Olga Tverskaya. Opus 111 OPS 30241.