DVD Documentaires

KLEIBER, LEGEND, NIEUWJAARSCONCERT 1989, CONCERT

Kleiber, Carlos: The legend. Beethoven: Symfonieën nr. 4 in Bes op. 60 en 7 in A op. 92. Concertgebouworkest. Philips 070-100-9 (72’, 4:3, geluid 2.0, DTS 5.1, regio 0). 1983

Beethoven: Ouverture Coriolan 62; Mozart: Symfonie nr. 33 in Des KV 319; Brahms: Symfonie nr. 4 in e op. 98. Beiers Staatsorkest. DG 073-401-7 (76’, 4:3, geluid2.0, 5.1 en DTS 5.1, regio 0). 1996

Brahms: Symfonie nr. 2 in D op. 73; Mozart: Symfonie nr. 36 in C KV 425 Linzer.. Weens filharmonisch orkest. Philips  070-161-9 (72’, 4:3, geluid 2.0, DTS 5.1, regio 0). 1991

Nieuwjaarsconcert 1989 in Wenen. Weens filharmonisch orkest. DG 073-4014  (95’, 4:3, geluid 2.0, 5.1 en DTS 5.1, regio 0). 1989

Nieuwjaarsconcert 1992 in Wenen. Weens filharmonisch orkest. Philips 070-152-9 ( 90’, 4:3, geluid 2.0, 5.1 en DTS 5.1, regio 0). 1992

 

Nu maar de vraag is of nog veel materiaal van de zomer 2004 overleden charismatische dirigent Carlos Kleiber uit archieven te voorschijn komt, moeten we maar des te gelukkiger zijn met hetgeen nu beschikbaar is. Echt nieuw in deze cassette met vijf dvd-v schijfjes is feitelijk alleen de Münchense Beethoven/Mozart/Brahms opname uit 1996. Het overige fraais was al beschikbaar in kwalitatief – onvermijdelijk minder – vhs bandformaat. Dat dit vijftal opnamen van begin tot eind een feest is, zal Kleiberbewonderaars niet verbazen. Zoveel blijken van élan vital, temperament, verfijning – het is en blijft bijzonder. Overigens: deze opname van Beethoven VII uit 1983 is uiteraard niet identiek met de DG opname (447.400-2) met het Weens filharmonisch orkest uit 1974; de Münchense Brahms IV uit 1996 is dat evenmin met de Weense uit 1981 (DG 457.706-2). Twee DG audioversies die feitelijk nog steeds tot de mooiste van de betreffende werken behoren. Veel is trouwens niet veranderd in ’s dirigenten opvatting van deze werken. De Weense Beethoven heeft als pré ten opzichte van de Amsterdamse dat de eerste violen links, de tweede rechts zitten.

Geniet de inhoud van deze box liefst in chronologische volgorde, te beginnen dus in Amsterdam en volg hem van daar naar Wenen en tenslotte naar München. Zie hem ouder, kaler worden, maar nauwelijks strammer en minder beweeglijk. Bewonder zijn duidelijke, op zich haast balletmatig en mimisch fraaie dirigeerstijl en volg hem in al zijn exposés. Het ene niet minder pakkend en overtuigend dan het andere.

De beide Nieuwjaarsconcerten genieten al tijden grotere bekendheid en hebben het mousserend karakter van een goede champagne.

In deze concertregistraties zijn de camera’s steeds primair (en terecht) op de dirigent gericht. Het orkest wordt steeds wat bescheiden, star, herhaald stereotiep in beeld gebracht en hele groepen ziet men nauwelijks. De Amsterdamse opname is warm van tint, de Weense zijn koeler. Ook de geluidskwaliteit is niet steeds optimaal, al klopt de balans meestal aardig; de baskant is bij de oudere opnamen wat ondervoed. Maar wat zou het bij zoveel muzikale fascinatie. Interessant ook de toenmalige leden van het Concertgebouworkest met o.a. nog Theo Olof als concertmeester, Adriaan van Woudenberg bij de hoorns en Jan Labordus achter de pauken terug te zien (met kapsels en brilmonturen van anno dazumal). De relatief nieuwste opname uit München is grosso modo qua beeld en geluid het beste geslaagd. Maar dat is alles gezeur in de marge bij zoveel stijlvol, elektriserend gemusiceer.

 Of DG via Unitel of een omroep nog videobeelden heeft van Kleiber met Verdi’s Traviata en Webers Freischütz? Mooi zou het zijn!