Mstislav Rostropovich: L’archet indomptable. Documentaire van Bruno Monsaignon. Naxos 2.110583 (dvd, 2u., 47’). 2017
Begin jaar 2000 nodigde Mstislav Rostropovich (17 maart 1927 - 27 april 2007) de bekende Franse documentairefilmer Bruno Monsaignon die al heel wat prachtige filmportretten van grote musici op zijn naam had, thuis in Moskou uit. De cellist wilde hem bij die gelegenheid zijn omvangrijke archief met filmbeelden overhandigen. Het moet een vrij chaotische, slecht beschreven verzameling zijn geweest, maar wel moois van onschatbare waarde.
Na een vermoedelijk rijk met drank besprenkeld gesprek heeft Monsaignon gevraagd of hij aan de hand van dat materiaal een film over zijn leven als vanaf de jaren vijftig v.e. snel rijzende ster mocht maken. Toestemming werd onmiddellijk gegeven en zo ontstond een fascinerend beeld van één van de grootste cellisten ooit die een aantal componisten uit zijn dagen als Britten, Dutilleux, Lutoslawski, Schnitte en natuurlijk ook Prokofiev, Khatchaturian en Shostakovitch inspireerde tot het maken van composities voor hem. Dat Rostropovich tevens een uitstekende pianist en een goede dirigent was, komt ook aan de orde.
Het bijzondere van zijn spel waren steeds de uitzonderlijk zuivere intonatie en de heel sonore klank in alle registers.
Net als de politieke verwikkelingen na zijn openlijke steun aan Solsjenitsyn die er in 1972 toe leidde dat hem zijn nationaliteit werd ontnomen en hij uit de Sovjet Unie werd verbannen. Na de val van het regime in 1991 werd hij volledig gerehabiliteerd en als een ware held binnengehaald.
De documentaire start met een feest in het Londense Barbican Centre waar ter ere van de cellist een feest wordt gevierd waar Argerich, Janssons, Kissin, Kremer.Penderecki, Ozawa en zelf Thatcher aanwezig zijn wanneer he feestvarken de taart in vorm van een cello aansnijdt en hij verklaart dat het moment is aangebroken om aan de drank te gaan.
Natuurlijk zijn er ook - deels eerder onbekende - muziekfragmenten met hem in de hoofdrol: drie delen uit Tchaikovsky’s Rococovariaties uit 1987, een volledig Aartshertogtrio met Menuhin en Kempff uit 1974 en de ‘Sarabande’ uit de Solocellosuite nr. 2 van Bach.
Tenslotte zijn er tafelgesprekken het zijn dochters Olga en Elena Rostropovich en met Natalia en Ignat Solshenitzin om ook wat te laten blijken van zijn politieke engagement. Diepe indruk maakte hij met zijn spontane Bach solorecital na de val van de Berlijnse muur in 1989. Voor velen zal deze uitgave een prachtige afsluiting van het kapittel Rostropovich zijn.