Bernstein: Candide. Robert Orth (b), Michael Slattery (t), Nancy Allen Lundy (s), Gabriele Ribis (ms) met het Malta filharmonisch orkest en Coro lirico Aramus o.l.v. John de Main. Pan Dream PDL 1064 (2u. 49’). 2003
“Alles komt goed in de beste van alle werelden”. Lange tijd was deze filosofie die in 1759 ingenieus werd geridiculiseerd in Voltaire’s Candide nauwelijks van toepassing op Bernsteins bewerking van deze stof die tussen musical, operette en opera in lag. Hij zorgde namelijk voor 3 vormen de operette in 1956, de komische operette in 1982 en de opera ook in 1982.
Na een langdurige en pijnlijke ontwikkeling flopte de show min of meer op Broadway. Hoewel enkele rehabilitaties wel succes hadden, werd hierbij de satire nogal afgezwakt, de partituur bekort; sommige nummers werden naar andere scènes verplaatst, andere werden geschrapt.
Maar dat alles verborg de fantastische kwaliteit en de verscheidenheid van Bernsteins muzikale ontwerp die dankzij de weidse verhaallijnen een reeks van opgewekte parodieën op diverse stijlen doorloopt. Van koraal tot wals en van tango tot twaalftoons. Pas aan het eind van Bernsteins leven zorgde een ‘uiteindelijk bewerkte versie’ voor (eer)herstel van de volledige partituur en tegelijk van de onderliggende serieuze intentie.
Zelf zorgde de componist in 1989 nog voor een bekende, voortreffelijke cd opname (DG 474.472-2, 2 cd’s). In 1986 was de ‘operaversie’ al verschenen van John Mauceri (New World NW 3340/1-2).
Maar het is natuurlijk het leukst om het werk ook meteen te zien, in het geval van de goede Malteser opvoering in achttiende eeuwse kostuums en een geslaagde regie plus decors van Enrico Castiglione. De kostuums zijn van Sonia Cammarata, de choreografie van Nilas Martins Verwacht geen topprestaties alom, maar het geheel heeft niveau en is zeer genietbaar.