Chin: Alice in Wonderland. Sally Matthews (Alice), Piia Komsi (Cheshire cat), Dietrich Henschel (Duck, Mad Hatter), Guy de Mey (Mouse, Pat, Cook, Dormouse, Invisible man), Andrew Watts (White rabbit, Badger, March Hare), Gwyneth Jones (Queen of hearts) e.a. met het Ensemble van de Beierse Staatsopera o.l.v. Kent Nagano. Medici Arts 207241-8 (dvd). 2007

Het ligt nogal voor de hand dat het gegeven van het kinderboek van Lewis Carroll uit 1865 muzikale gevolgen kreeg. Te denken valt aan een orkestwerk van Herbert Baumann (Thorofon CTH 2360), een dito met spreker van Jørgen Jersild (Danacord DACOCD 501), de orkestsuite Alice through the looking-glass van Alfred Reynolds (Marco Polo 8.225184) en de opera van Peter Westergaard (Albany TROY 1198). Maar deze werken vallen betrekkelijk in het niet vergeleken bij wat de Koreaanse Unsuk Chin van de fascinerende, raadselachtige novelle over deze zoektocht naar de eigen identiteit maakte. Ze maakt iets eigens van het verhaal en vermijdt ieder zweem van Disney sfeer. Zo biedt ze een ideaal uitgangspunt om de eigen fantasie te wekken.

Haar muziektaal is eigentijds, maar toegankelijk en lyrisch en deze bezit een groot communicatief vermogen. De droomwereld, de verbazing, de avonturen komen echt sprookjesachtig tot leven in de regie van Achim Freyer. Nina Weitzner maakte leuke, in dit klimaat passende kostuums en het team van Chin bewonderaar Kent Nagano wekt dat alles muzikaal erg fraai tot leven. Grappig te weten dat Ligeti bij wie Chin wat moeizaam studeerde in Hamburg haar op het onderwerp attent maakte. De ‘gecontroleerde chaos’ en de expressieve uitersten van de muziek zijn achteraf op zijn rekening te noteren.

Sally Matthews is een ware Alice achter haar masker. Veterane Gwyneth Jones is een bijzondere verschijning als hartenkoningin. Ook contratenor Guy de Mey en Dietrich Henschel als Mad Hatter onderscheiden zich heel positief.