Dean: Hamlet. Allan Clayton (t., Hamlet), Barbara Hannigan (s., Ophelia), Sarah Connolly (ms., Gertrude), Rodney Gilfrey (b., Claudius), Kim Begley (t., Polonius), John Tomlinson (bs., geest, grafdelver) e.a. met het koor van het Glyndebourne festival en het Londens filharmonisch orkest o.l.v, Vladimir Jurowski. Opus Arte OA 1254 D (dvd, 3u., 05’00”). 2017
Na Verdi en Thomas heeft ook de Australische componist Brett Dean het bekendste drama van Shakespeare uitgezocht om daar in 2016 een opera van te maken. Het werk op libretto van Matthew Jocelyn gebruikt maar twintig procent van Shakespeares tekst en vult de rest met eigen bewoordingen aan. Op 11 juni 2017 ging het werk in Glyndebourne in première en werd door de pers heel goed ontvangen.
De muziek daarbij zit vol spanning en kleur met ongebruikelijke instrumentale inbreng. Het gebruik van een semikoor met acht in het orkest opgestelde zangers is heel effectief. De zangers krijgen meer met hoekige, nerveuze dan mrt lyrische teksten te maken. Het klinkt soms of iedereen in een nachtmerrie is beland met dreigende gekte alom zoals de grafdelver zegt, te beginnen in Elsinor.
In ieder geval krijgt de opera sterk het karakter van een ‘gezongen toneelstuk’. Misschien krijgt de gektescène van Ophelia daardoor niet het gewicht dat deze verdient. Maar verder is het verbazingwekkend en bijzonder wat de geweldige Barbara Hannigan van deze rol maakt.
De rest van de bezetting is ook heel consistent en erg goed. Allan Clayton is een heel toegewijde Hamlet, zowel in de gezongen als in de gesproken gedeelten. Rodney Gilfrey en Sarah Connolly leggen hun volle vocale gewicht in de schaal als Claudius en Gertrude, terwijl Jacques Imbrailo als Horatio, Kim Begley als Polonius en David Butt Philip veel zin geven aan hun drie rollen. Dan zijn er nog twee countertenoren, Rupert Enticknap en Christopher Lowrey die zowel Rosencrantz als Guildenstern (of zoals Gertrude ze noemt Rosenstern en Guildenkrantz) competent voor hun rekening nemen.
Begrijpelijk heb ik vooral gelet op de verrichtingen van Barbara Hannigan als verwarde Ophelia. Zij is het die zorgt voor de onvergetelijke en meest verrassende inbreng. Haar gevoel voor theater is meer dan verbazingwekkend. Niemand die haar waanzinscène hoort en ziet kan daardoor onaangedaan zijn en snel vergeten. Hannigan is een en al ontketende energie, een zangeres met ongelooflijke vocaaltechnische mogelijkheden en een actrice met visionaire durf. Jurowski en zijn ensemble hebben de opera grondig en zelfs scrupuleus voorbereid en dat is goed te horen. Het geheel is ook heel duidelijk in beeld gebracht.