Donizetti: L’elisir d’amore. Angela Gheorghiu (Adina), Roberto Alagna (Nemorino), Roberto Scaltriti (Belcore), Simone Alaimo (Dulcamara), Elena Dan (Giannetta) e.a. met het Ensemble van de Opéra Lyon o.l.v. Evelino Pidò. Decca 074-103-9 (127’, 16:9, geluid 2.0 en 5.1, regio 0). 1996
In 1832 voltooide Donizetti zijn eerste grote komische opera L’elisir d’amore, een ironische herinterpretatie van de mythe rond Tristan en Isolde. De kwakzalver ‘dokter’ Dulcamara levert een ‘liefdesdrank’ aan Nemorino in de hoop dat hij op deze manier de liefde van Adina kan winnen. Helaas verkoos ze het om met een andere man, Belcore, te trouwen, maar bedenkt zich tenslotte dat ze toch meer van Nemorino houdt, zodat ze tenslotte trouwen en de kwakzalver goede zaken doet.
Het gaat hier om een grootse sentimenteel-pastorale komedie die veel van Donizetti’s mooiste muziek bevat. Nemorino’s aria uit de tweede akte, Una furtiva lagrima bijvoorbeeld is een van de fraaiste bel canto aria’s ooit. Maar ook Adina, de vrouwelijke hoofdrol, heeft de beschikking over veel mooi materiaal, zoals haar solo uit de 2e akte Prendi, prendi per me sei libero en het duet met Nemorino uit de 1e akte. Roberto Scaltriti is een jeugdig en viriel aandoende Belcore en Simone Alaimo overdrijft niet als Dulcamara, maar overtuigt volkomen in deze rol.
Het al in de echt verenigde stel Angela Gheorghiu en Roberto Alagna vormt een voorbeeldig koppel in de uit 1996 daterende identieke Decca cd opname (455.691-2, 2 cd’s) die nu ook op dvd-v verschijnt. Het ging er in Lyon behoorlijk theatraal aan toe en geluidsmatig is het resultaat soms haast meer dan levensgroot, maar met het beeld erbij wordt dat aardig gecompenseerd. In vocaal opzicht is Gheorghiu werkelijk voorbeeldig; alleen al de manier waarop ze het passagewerk schijnbaar moeiteloos afwikkelt. Alagna doet nauwelijks voor haar onder, al is het merkwaardig dat hij een alternatieve, getransponeerde versie van Una furtiva lagrima met een geringer showkarakter zingt. Mogelijk is in veler oren dit nadeel ook juist een voordeel.
Nu deze vertolking letterlijk echt in beeld komt, valt op dat de handeling in deze aankleding is verlegd naar de jaren twintig uit de afgelopen eeuw. Op geestige en heel aanvaardbare manier verplaatste regisseur Frank Dunlop de handeling van deze landelijke opera naar de jaren dertig vorige eeuw.
Interessant is wat Alagna vertelt in de toegevoegde, 52 minuten durende documentaire over het ontstaan van de film. Hij was er als Nemorino op uit om niet zozeer het komische als wel het jeugdige karakter van zijn rol te laten zien en horen, wat meer gewicht verleent aan de hele opvatting. Gheorghiu verschijnt in de 1e akte alsof ze klaar is voor een rit te paard om zo niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk Belcore en Nemorino uit te dagen en Dulcamara rijdt in een Rolls-Royce oldtimer met gestroomlijnde caravan voor. Evelino Pido zorgt voor een pittige, straffe en onsentimentele begeleiding en geeft de komedie zo extra cachet. Het eindresultaat is een brok puur plezier en schoonheid en oude rot Brian Large tekent voor een als steeds fraai videobeeld.
Samenvattend: Op geestige en heel aanvaardbare manier verplaatste regisseur Frank Dunlop de handeling van deze landelijke opera naar de jaren dertig vorige eeuw. Het echtpaar Gheorghiu/Alagna is ook op het toneel een ideaal stel als grillige jongedame en verlegen boerenpummel. Ze zingen en acteren dat het een lieve lust is, tonen gevoel voor humor en demonstreren zowel durf als hardvochtigheid.