DVD Recensies

HAYDN: SYMFONIE NR. 88, VON DOHNANYI

Haydn: Symfonie nr. 88 in G. Repetitie en uitvoering. Philharmonia orkest o.l.v. Christoph von Dohnanyi. ArtHaus 100.288 (59’, 4:3, geluid 2.0, regio 2 en 5 ). 1998

 

“Zo zou ik willen dat mijn Negende symfonie klonk!” schijnt Brahms te hebben gezegd toen hij het langzme deel hoorde van deze ‘Parijse’ symfonie van Haydn. Repetitie- en concertopnamen van allerlei werken verschijnen met tussenpozen op de markt, maar zo’n Haydn is ongewoon en lijkt moedig. Het is ook niet zomaar een terloopse onderneming, maar er is echt van een doelbewust project sprake. Een project dat in Engelsand in 1998 in Engeland al op Channel 4 tv werd vertoond en dat wordt afgerond met de ongestoorde, volledige uitvoering van de bewuste symfonie die de ondertitel Mit dem Dudelsack meekreeg.

Dankzij de ruimschoots aanwezige synergie tussen dirigent en orkest – en wàt voor een orkest! – valt veel genoegen aan het wordingsproces te beleven. Dohnanyi levert vooraf en tussendoor soms wat nuttig commentaar vanuit de dirigentenkamer over Haydn (“moeilijker volledig te begrijpen dan Mozart; kunt u zich trouwens een Haydnkugel voorstellen?), de condities waaronder hij werkt en over het muziekleven en zet al repeterend op vriendelijk dwingende wijze menig puntje op heel wat i’s. Hij lijkt zich weinig of niets van de aanwezige camera’s aan te trekken en wanneer het de tweede violen vijf pogingen kost om de C zuiver te krijgen, dan moet dit maar. Ook orkestmusici, zoals 1e fagot Meyrick Alexander komen aan het woord. Is het toeval dat soms Dohnanyi’s verleden bij het Cleveland orkest doorbreekt wanneer hij het orkest met een George Szell achtige nuanceringskunst, klankbalans en ensemblecultuur laat spelen? Zoals bijvoorbeeld in de contrapuntische doorwerking uit het eerste deel. De muzikale en verbale gedachtenwisselingen getuigen van begrip en vitaliteit. Net als bijvoorbeeld Abbado toont Dohnanyi haast een obsessie voor zuivere intonatie, maar de totaalklank wordt er helderder, ranker door. De hele productie ademt eenzelfde lichtvoetigheid als de muziek zelf. Eigenlijk is het spijtig dat Dohnanyi voor zo’n goed voorbereid, soepel en heel professioneel orkest staat. Waarschijnlijk zou het nog boeiender zijn geweest wanneer hij – pak weg – de Soester orkestvereniging tot grote hoogten had willen opstuwen. Maar er valt hoe dan ook veel plezier te beleven aan dit (slechts) een uur durende programma.