DVD Recensies

RAMEAU: DARDANUS, PICHON

Rameau: Dardanus. Karina Gavin (s., Vénus), Gaëlle Arquez (ms., Iphise), Reinoud van Mechelen (t., Dardanus), Florian Semprey (b., Anténor), Nahuel di Pierro (bs., Teucer, Isménor), Katherine Watson (s., Amour) e.a. met Pygmalion o.l.v. Raphaël Pichon. Harmonia Mundi HMD 985.9051/2 (2 dvd’s, 3’u. 14’40”). 2015

 

Op Alpha 964 (en 951) had Pichon Rameau’s Dardanus in 2012 al eens opgenomen met Pygmalion. Alleen waren daar toen goeddeels andere zangers bij betrokken.Allen Gaëlle Arquez zong toen ook mee en ging het toen om de versie uit 1744.  Die ontstond na de kritiek op het libretto van Leclerc de la Buère en de muziek van Rameau tijdens het aanvankelijke succes van de versie 1738 als nouvelle tragédie.

Pichon hield echter wel vast aan de Proloog uit 1744 en aan ‘Bruit de guerre’ aan het begin van de derde acte. Net als Minkowski (Archiv 483.476-2) bracht hij ook de aria van Dardanus ’Lieux funestes’ aan in de gevangenisscène.

Het werk vergt wel veel van het zitvlees met zij duur van ruim drie uur. Gelukkig kan men zelf tijdens het afspelen van de cd’s pauzes inlassen. De prachtige muziek vergoedt veel in deze ware barokopera waarin de goeden met regelmaat uit de hemel neerdalen om zich met stervelingen te bemoeien. Dankbare materie zijn vooral ook de vele balletten.

Isménor geeft het startschot door zijn collega tovenaars te laten beginnen met hun ‘terrible mystéries’ en hun assistentie van de zwaar verliefde Dardanus.  De zangers leveren over het geheel heel goede prestaties. Karina Gauvin (Venus) is op haar best te horen in ‘Quand l’aquilon fougueux’, Katherine Watson is een bekoorlijke Cupido en Gaëlle Arquez, op herhaling als Iphise, is vol passie in ‘Cruel, cruel Amour’ en vol kwetsbaarheid in ‘Ô jour affreux’. Haar vader en haar aanklager Teucer en Anténor zijn in goede stembanden bij Nahuel di Pierro en Florian Semprey, de laatste vooral in ‘Monstre affreux’.

De held van het verhaal, Dardanus, is een glansrol van Reinoud van Mechelen die bijvoorbeeld op zijn best te horen is in ‘Lieux funestes’. Aan instrumentale kant is het leuk om zo’n aardig detail als het veerkrachtige ‘Paix favorable’ te horen, dat niet anders blijkt te zijn dan een bewerking van het klavecimbelstuk ‘Les Niais de Sologne’.

Raphaël Pichon leidt het geheel met autoriteit en zwier en regisseur Michel Fau biedt het werk met een aardige knipoog naar de zoete kleuren en de rococoweelde die typisch waren voor die gekunstelde artistieke wereld.