Strauss, R.: Der Rosenkavalier op. 59. Tara Erraught (ms. Octavian), Kate Royal (s, Feldmarchallin), Lars Woldt (bs, baron Ochs), Teodora Gjeorghiu (s. Sophie), Michael Kraus (t. Faninal) e.a. met het Glyndebourne koor en het Londens filharmonisch orkest o.l.v. Robin Ticciati. Opus Arte OA 1170 D (2 dvd’s, 3u. 11’ + 22’). 2014
De gedachte om een Komödie für Musik te schrijven naar het voorbeeld vsan Beaumarchais’ Figaro kwam van Hugo von Hofmannsthal in 1910. Hij beschouwde zich in eenzelfde verhouding tot Strauss als Da Ponte tot Mozart. De componist bevel zowel die vergelijking als het onderwerp dat is gebaseerd op delen uit Louvet de Couvray’s erotische achttiende eeuwse roman Les amours du Chevalier de Faublas uit 1790.
De oudere echtgenote van de Feldmarschallin heeft een affaire met de veel jongere graaf Octavian. De losbandige baron Ochs vraagt haar om een ‘rozenridder’ aan te bevelen die volgens de traditie een zilveren roos moet brengen aan zijn verloofde Sophie, een rijke erfgename met wie hij om haar vaders geld wil trouwen.
Hoewel de Feldmarschallin problemen voorziet, stuurt ze Octavian. Sophie en hij worden op het eerste gezicht verliefd en samen zorgen ze ervoor dat Ochs wordt betrapt tijdens een rendez-vous met het dienstmeisje Marianl dat niemand anders blijkt te zijn dan een vermomde Octavian. Tijdens een van de ontroerendste momenten uit de opera geeft de Feldmarschallin haar minnaar onbaatzuchtig op.
De opera was Strauss’ grootste succes tot dan toe hoewel critici klaagden over de anachronistische walsen in het Wenen van keizerin Maria Theresia.
De opvoering in Glyndebourne van deze succesopera vond plaatst om de honderdvijftigste verjaardag van de componist te vieren. Deze gebeurtenis veroorzaakte het nodige kritische commentaar waarbij allereerst onderscheid moet worden gemaakt tussen de muzikale prestaties en wat in de regie van Richard Jones, de weinig flatteuze kostuums van Nicky Gillibrand en de zacht uitgedrukt haast parodistische aankleding van het toneel zichtbaar is. Al liggen aan het concept best interessante ideeën ten grondslag. Deze hadden best beter tot uiting kunnen worden gebracht.
In muzikaal opzicht valt veel, maar niet alles te genieten. Het aandeel van dirigent Ticciati valt te prijzen. Wat node wordt gemist is een suggestie van androgyne persoonlijkheden. De meeste zangers maken in vocaal opzicht een goede indruk, maar helaas blijven ze in expressief opzicht wat tweedimensionaal.
Als bonus bevat de dvd wat fragmenten onder de titel ‘Taking the baton’, ‘het trio’, ‘kijkjes en geuren van de productie’ en een portretgalerij van de uitvoerenden. Maar wie een vrijwel optimale verklanking wil zien en horen, kan veel beter terecht bij Carlos Kleiber (DG 073-407-2 met Gwyneth Jones en DG 073-008-9 met Felicity Lott).