DVD Recensies

TCHAIKOVSKY: DE NOTENKRAKER, FEDOTOV, QUEVAL, ROZDESTVENSKY

Tchaikovsky: De notenkraker. Ensemble van het Kirov ballet o.l.v. Victor Fedotov. Philips 070-173-2 (104’, 1.85:1,  geluid 2.0, 5.1, regio 1-6). 1994

Tchaikovsky: De notenkraker. Royal ballet, Londen o.l.v. Gennady Rozdestvensky. Warner NVC Arts 0630-19394-2  (89’12”, 4:3, geluid 2.0, regio 0). 1985

Tchaikovsky: De notenkraker. Ballet van de Parijse opera o.l.v. Michel Quéval. Teldec 9031-71484-3 (vhs).

 

Meer nog dan opera met zijn vaak lange statische gedeelten is het ballet als continu bewegingsgenre gebaat bij audiovisuele producties. Daarom is het wat merkwaardig dat een zo populair werk als De notenkraker zo slecht in die vorm is vertegenwoordigd. Wat er aan opname van bestond, was in vhs tapegedaante of intussen obsolete beeldplaatgedaante. Te denken valt aan de mooie producties van het Birmingham ballet in Covent Garden met de choreografie van Peter Wright met Miako Yoshida, Irek Mukhamedov en Joseph Cipolla in de hoofdrollen van Barry Wordsworth als dirigent (Pioneer PLMCB 01061 beeldplaat) en de nog mooier realisatie van het Parijse operaballet met choreografie van Rudolf Noerejev en Fabienne Cerutti, Laurent Hilaire in de hoofdrollen (Teldec 9031-71484-6 als beeldplaat en 9031-71484-3 als vhs vorm).

Van het drietal beschikbare beeldopnamen van het populaire ‘Kerstballet’ valt die van het Parijse ensemble het eerst af, louter op grond van de beperkende beeld- en geluidskwaliteit van de bewuste bandopname.

Qua uitvoering werd deze laatste minstens geëvenaard, maar feitelijk op veel punten overtroffen door de latere Royal Ballet productie uit 1985 van Peter Wright in Covent Garden met Leslie Collier en Michael Coleman in de hoofdrollen en Gennadi Rozdestvensky als dirigent, een versie die gelukkig inmiddels ook op dvd-v verkrijgbaar is.

En nu is er dan gelukkig ook meteen in het nieuwe formaat de al van tape bekende opname uit 1994 van het Kirov ballet in de choreografie van Petipa. Hier is Larissa Lezhnina als Masja en prinses ook de ideaal bezette fee suikerboon in het Divertissement uit de tweede akte, een der hoogtepunten waarin Tschaikovsky de celesta als orkestinstrument introduceerde.

Haar romantische partner in het voorafgaande en volgende balletgedeelte in de vrij dramatische en dominerende rol in het sprookjesachtige verhaal van E.T.A. Hoffmann in de rol van Herr Drosselmeyer is Piotr Russanov. Deze merkwaardig sinistere ontwerper van mechanisch speelgoed wiens neefje voordat het verhaal is begonnen is omgetoverd in een groteske pop in de vorm van een notenkraker, danst zelf niet, maar is wel steeds quasi op de achtergrond aanwezig om de kijker/luisteraar eraan te herinneren dat hij er is om de betovering te doorbreken en die neef weer mens te maken.

De heldin, Clara, die zich op charmante maar onbewuste manier in het centrum van de handeling bevindt, danst zelf niet. Gelukkig vindt ze de lompe notenkraker (dubbelrol van Baranov) aantrekkelijk en helpt ze hem om de muizenkoning (Gennadi Babanin) te verslaan om zo het happy end mogelijk te maken. Maar eerst is daar de kerstviering in familiekring, vol kleur en activiteit, waarin Herr Drosselmeyer als tovenaar de kinderen amuseert en de gelegenheid krijgt om Clara de notenkraker te overhandigen die haar onhandige broer breekt maar die door Drosselmeyer weer wordt gerepareerd. Later die avond komt Clara uit haar slaapkamer  om de notenkraker te halen en begint de tovenarij, waarbij de kerstboom zover uitgroeit dat hij het toneel domineert. Na de veldslag met de muizenkoning en zijn leger reizen Clara en de notenkraker die een gedaanteverwisseling onderging met een slee omgeven door sneeuwvlokken door het bos naar het Land van de sneeuw en het koninkrijk der zoetigheden. Daar in dat prachtige Divertissement komen de karakteristieke dansen aan bod die bekend zijn uit de Notenkrakersuite: de ‘bloemenwals’, de gepassioneerde ‘pas de deux’, de bravura solonummers voor fee suikerboon en de prins en de walsfinale.

Het is een prachtige partituur en onder leiding van Victor Fedotov, een oude rot in balletrepertoire, en met een perfect ingespeeld balletgezelschap als dat uit het Marijinsky theater klinkt alles in de beste traditie op het hoogste niveau en ziet het er schitterend uit. Eeuwige frisheid lijkt hier logisch. De (Japanse!) cameralieden richten zich steeds op de juiste plaatsen en de kwaliteit van beeld en geluid laat niet veel te wensen over.

Kortom: het gaat nu dus tussen Londen en St. Petersburg….