DVD Recensies

VALIQUETTE, FLORIE: CAPTIVE DU SÉRAIL, LA

Florie Valiquette: La captive du sérail. Gilbert: ‘Soliman II ou les trois sultanes (ged.); Gluck: ‘La rencontre imprévue (ged.); Grétry: ‘La caravane du Caire’ (ged.), ‘Zémire et Azor’ (ged.); Monsigny M.: ‘Aline, reine de Golconde’ (ged.); Mozart: ‘Die Entführung aus dem Serail’ KV. 384 (ged); Philidor: ‘La belle esclave’ (ged.) met Nicholas Scott (t) het Orchestre de l’Opéra royal o.l.v. Gaétan Jarry. Versailles CVS 058 (63’28”). 2021
 
Op deze cd leeft de jonge Canadese sopraan Florie Valiquette zich in in het lot van geliefden die worden ontvoerd door zeerovers en in een harem of op de galeien gevangen worden gehouden ten dienste van sultans. De titel van de cd is daarom ‘Turqueries galantes’. De tot slaven gemaakte christenvrouwen inspireerden de muzikale verbeelding van heel wat componisten en leidden tot amoureuze intriges waarbij de sultan tot slot in zijn eigen harem wordt bedrogen.
De opname bevat fragmenten uit opera’s van Paul-César Gilbert (1717-1787), Christoph Willibald Gluck (1714-1787), André Ernest Modeste Grétry (1741-1813), Pierre-Alexandre Monsigny (1729-1817), Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) en François-André Danican Philidor (1726-1795). De aria’s komen uit ‘Soliman II ou les Trois Sultanes’ van Giibert, ’La Rencontre imprévue’ van Gluck, ‘La Caravane du Caire’ en ‘Zémire et Azor’ van Grétry, ‘Aline, Reine de Golconde’ van Monsigny, ‘Die Entführung aus dem Serail’ van Mozart en uit ‘La belle esclave’ van Philidor.
In de tweede helft van de achttiende eeuw floreerde in Parijs de opéra comique met als bakermat het Théâtre de la foire. Daar werden in tegenstelling tot de lyrische tragedies over helden en goden weken die handelden over burgers, boeren en buitenlui in eenvoudige, maar ontroerende intriges en theatrale verrassingen betrokken. Het oriëntalisme was daarvoor een belangrijke voedingsbodem. Librettisten als Marmontel, Favart, Sedaine en Stephanie droegen de te behandelen stof aan en de componisten gebruikten Turkse thema’s of wat ze daaronder verstonden.
Behalve de hier opgenomen fragmenten valt nog te denken aan ‘Tamerlano’ van Händel en ‘Il Turco in Italia’ van Rossini. Om de betreffende muziek een Turks karakter te verlenen, werden Turkse slagwerkinstrumenten toegevoegd. In Glucks ‘Le cadi dupé’ is nagenoeg alleen van dergelijke instrumenten gebruik gemaakt.
De aria’s op deze uitgave lijken op maat te zijn gesneden voor de virtuoze Franstalige Canadese Florie Valliquette.  Luister maar eens aandachtig naar haar aanstekelijke interpretaties van  ‘Air de la Fauvette uit Zémire en Azor, ooit favoriet bij coloratuursopranen als Lily Pons en Mady Mesplé. Maar ‘Oh ciel, se pourrait-il’, uit Le Belle Esclave van Philidor, ‘Ah, qu’il est doux de se revoir’ uit Les Pèlerins de la Mecque, en ‘Nous sommes nées pour l’esclavage’ uit La Caravane du Caire doen daar niet voor onder.
Florie Valiquette belichaamt deze gevangen heldinnen, getekend door liefde, wanhoop en moed, terwijl Gaetan Jarry met het Orchestre de l’Opera Royal de felle kleuren en felle  ritmen van de oosterse fantasie stevig aanzet.