Verdi: I Lombardi. Dimitra Theodossou (s), Francesco Meli (t), Michele Pertusi (bs), Roberto de Biasio (t), Roberto Tagliavini (bs), Jansons Valdis (bs), Daniela Pini (ms), Gregory Bonfatti (t), Cristina Giannelli (ms) met het Ensemble van Teatro Regio di Parma o.l.v. Daniele Callegari. C Major 720.608 (dvd, 2’24” + 10’ bonus). 2012
Een gedicht van Tomaso Grossi diende in 1843 als basis voor de vroege opera I Lombardi alla prima crociata die in Antiochië en de buurt van Jerusalem handelt ten tijde van de kruistochten rond 1096. De aanvoerder van het Lombardische contingent, Arvino en zijn broer Pagano dingen naar de hand van de schone Viclina, waarbij Arvina het meeste geluk had. Uit hun huwelijk kwam Griselda voort. Pagano trachtte Arvino vergeefs te doden en werd voor 18 jaar verbannen. Na die tijd terug belooft hij vrede, maar in het geheim beraamt hij opnieuw een aanslag op zijn succesvolle broer. Maar in plaats daarvan doodt hij bij vergissing diens vader en wordt voorgoed uit Milaan verrbannen om als kluizenaar in Antiochië verder te leven. Daar helpt hij Lombardische kruisvaarders onder aanvoering van Alvino; Daar vindt Alvino ook zijn dochter Griselda terug die als slavin gevangen wordt gehouden, door Oronte wordt bemind en deze zover beïnvloedt dat hij Christen wordt.
Dan komt Griselda achter de gruwelijke waarheden van de Kruistochten, breekt met haar vader en treft op de vlucht Oronte die stervend nog wordt gedoopt. Bij de verovering van Jerusalem raakt Pagano gewond en ook hij dreigt te overlijden, maar niet dan nadat hij zich met zijn broer heeft verzoend. De Franse versie van deze opera is bekend als Jérusalem.
Met zijn consistente aanpak brengt dirigent Callegari steeds duidelijk de avontuurlijkheid van deze opera naar voren en toont daarmee de treffende anticipatie op La forza del destino. In de regie van Lamberto Puggelli, met decors van Paolo Bregni en kostuums van Santuzza Calì is in deze opvoering uit Parma gezorgd voor een uitstekende basis in een geloofwaardige omgeving zonder vervreemdende fratsen.
Ooit was de rol van de eigenlijke held uit het verhaal, Oronte, een glansrol van Pavarotti (in cd vorm te horen op Decca 455.287-2), hier blinkt Francesco Meli uit in deze tragische rol. Omdat hij pas aan het eind van de tweede akte ten tonele verschijnt en aan het eind van de derde sterft (het signaal voor het grote trio, het mooiste nummer uit de opera) is het normaal niet een rol om in te schitteren. Gelukkig keert hij in de vierde akte nog even terug als visionaire dode held in ‘Benedetto del cielo’.
Michele Pertusi met zijn kernachtige bas in een krachtige slechte broer Pagano, Roberto de Bisio maakt van Arvino wat ervan de maken valt en als de vrouwelijke heldin Griselda maakt Dimitra Theodossio een puike, delicate indruk met haar coloraturen, vooral natuurlijk in haar grote scène aan het einde van de tweede akte. Roberto Tagliavini munt uit in de kleine rol van Pirro en Cristina Giannelli zingt mooi helder als Viclinda. Het koor leeft zich mooi uit aan beide kanten van de oorlogszone. Maar wat bovenal opvalt, is het goede teamwork van de mensen van dit allesbehalve provinciale theater.
De beeldregie doet wat daarvan mag worden verwacht. Deze productie is tot op zekere hoogte een fraaie anticipatie op het Verdijaar 2013 waarin zijn tweehonderdste verjaardag wordt gevier. Op een reeks dvd’s onder nummer 721.808 zijn al zijn opera’s plus het Requiem samengebracht.